|
||
|
Stukje bij beetje rafelt een grijze wolkenhemel uiteen. De door een felle wind opgejaagde regenbuien ruimen zowaar plaats voor zacht glinsterende zonnestralen. Brussel, middaguur op een doordeweekse donderdag. In de Music Village, een statige, sfeervol ogende club in hartje Brussel en de referentie voor de Belgische jazzscene, heerst een drukte van jewelste. Een dik kwartier voor de aanvang van het optreden kom je er al niet meer in. Op het programma van het smaakvol klinkende initiatief 'Broodje Brussel', een unieke en succesvolle samenwerking tussen de AB en deze club, prijkt de naam: Bluesbroeders. Een erg nauw bemeten podium moet, naast de vaste stek voor de piano, de vier muzikanten voor deze matinee 'huisvesten'. Krap maar gezellig intiem. Prominent vooraan: Guido Belcanto en Willy Willy. Even nadrukkelijk aanwezig, op de tweede rij of net niet in het hoekje, Isolde Lasoen en René Stock. Je hebt zo van die concerten waarbij je achteraf even in je arm moet knijpen om uit te sluiten dat je het voorbije uur schitterend hebt gedroomd. Of nog, dat je achteraf zodanig opgeladen bent, dat de ontlading zich vertaalt in een waterval van superlatieven. Het leek wel of het samengedrongen publiek bij momenten ophield met ademen, uit schrik dat ze een noot zouden missen. Een gretig keuvelend gezelschap, geamuseerd beneveld door een serie tripels van Westmalle, viel al gauw ten prooi van allerhande beschimpingen door geïrriteerde aanwezigen. Dit als fait divers, want alle aandacht richtte zich op deze unieke bezetting met hun eigengereide ode aan de muziek. Deze bestond uit een muzikale collage, samengesteld uit het eigen repertoire van zowel Guido als Willy en een superbe selectie aan veredelde covers. Puur genot, zowel op als voor het podium. De zangpartijen werden netjes verdeeld tussen Guido en Willy, hetzelfde voor de bindteksten, die vooral grappig, onderhoudend en interessant waren. Of er iemand al had gehoord van Wilbert Harrison? Slechts hier een daar ging een zacht belletje rinkelen, de link naar Bryan Ferry's 'Let's Stick Together' zorgde voor de verduidelijking. De broeders lieten het publiek geen moment aan hun lot over, ook niet tijdens het wisselen en stemmen van de gitaren. Willy, die even in de war was met het tijdsbesef en het over 'deze avond' had, nam hiervoor nochtans ruim de tijd zodat elk van de drie gebruikte gitaren (waaronder een akoestische) perfect klonken. Halfweg de set vond Guido dat Willy net iets te lang talmde. Nadat hij Willy had gepord, poneerde deze met "ik wacht nog op een stoel, eerwaarde". De pianokruk bleek een aanvaardbaar alternatief om al zittend, met de akoestische gitaar op de schoot, twee nummers te voorzien van oorstrelend slidegeluid. Guido speelde afwisselend op een elektrische of akoestische gitaar, maar liet zich ook opmerken als een begenadigd harmonicaspeler. Uit dit optreden hoogtepunten filteren valt me niet moeilijk, er was er maar eentje, weliswaar uitgesmeerd van de eerste tot de laatste noot. Naast Harrisons 'Let's Work Together' vertolkten ze nummers van Slim Harpo ('Raining In My Heart'), Robert Leroy Johnson ('Love In Vain') en 'Ring Ring – they gotta sing' van Ferre Grignard, volgens de Bluesbroeders de grootste Belgische bluesmuzikant aller tijden. De ritmesectie, te vaak buiten de schijnwerpers maar toch zo cruciaal, kon tijdens een opzienbarend solomoment op heel wat bijval rekenen. Isolde en René bliezen niet enkel de luisteraar uit de sokken, ook Willy en Guido genoten met volle tuigen. Isolde liet niets onberoerd van haar drumstel tijdens een rondje percussie op uitzonderlijk niveau. De stuwende dynamiek in haar slagwerkriffs; of ze nu stokken, borstels of mallets (hamers) gebruikte, voorzag het geheel van een schijnbaar onuitputtelijk ritmisch spanningsveld. In samenhang met de groovy, funky en jazz getinte contrabasritmes van René klonk dit ritmeduo als een streling voor het oor. Vooraan duellerende gitaren, klankmatig maar evengoed visualiserend. Met de naar elkaar wijzende gitaarhalzen (Willy is rechthandig en Guido linksdragend euh… handig) leek het of de gitaren een duel met elkaar aangingen. Nog het vermelden waard, 'Why Don't You Love Me' met de vertederende samenzang tussen Willy en Isolde. Maar ook de met bakken vol relativeringzin overgoten ironische intro op 'Plastiek Rozen Verwelken Niet', over Guido's kortstondige moment suprême in de top 20. Dit en nog zoveel meer moois, tot Willy met Chuck Berry's 'Around And Around' de handrem optrekt, en dit op een onvervalste rockabilly way! Er zijn zo van die vertoningen waarvan je stiekem hoopt dat ze geen einde hebben, wel, de Bluesbroeders, you bet! Patrick Lagae
|
koppelingen: - site Broodje Brussel
|