|
||
|
Voor de tiende maal was ’t Hofke van Chantraine, waarvan de naam verwijst naar de aanwezigheid van Tempeliers in Oud-Turnhout in de twaalfde eeuw, en in de volksmond kortweg ’t Hofke genoemd, de locatie voor dit 3-daagse festival. Deze locatie die dienst doet als kunst- en erfgoedcentrum bestaat uit een prachtig gebouw met achterliggende tuin. In het gebouw was de backstageruimte ondergebracht en de tuin deed dienst als festivalweide. Die festivalweide baadde door het prille zonnetje al vlug in een erg gezellige, zeg maar bijna familiale sfeer. Jammer dat deze natuurlijke warmtebron het in de vooravond al vlug liet afweten, zodat het vrij koud werd. Gelukkig was er de muziek om ons aan te warmen. Op vrijdagavond concerteerde Absynthe Minded er, maar wij kozen voor de rootsdag op zaterdag en het zondagse bluesluik.
Spitsafbijters van dienst waren de New Yorkse The Screamin’ Rebel Angels. Deze formatie rond de flink getatoeëerde Laura Rebel Angel zette met hun stevige, met een geut psychobilly en punk op smaak gebrachte rockabilly, de vroege bezoekers al meteen op het juiste been. Laura’s verontschuldiging omdat ze pas een nieuwe Gretsch gitaar had en nog niet over de baan kon met de bijhorende Bigsby, was compleet overbodig. Met een zelfzekere, ietwat arrogante uitstraling dreef Laura haar rebelse engelen naar de ranzigste zijde van de rockabilly. Terecht noemen ze haar de ‘Queen of NYC rockabilly’. Naast het podium ontdooide de rebelse Laura in een lieftallige vriendelijke dame. So what’s in a name? Uit Melbourne Australië kwamen The Rechords. Dit trio bestaande uit Tyron Shaw (zang en staande bas), Felix Potier (zang en leadgitaar) en Leo Francis (zang en slaggitaar) bestrijkt een breed gamma, gaande van western swing, country, hillbilly tot rock-‘n-roll. Wij noteerden bovendien een erg knappe uitvoering van Ricky Nelsons ‘Stood Up’. The Rechords klonken wat glad en braafjes maar daarom niet minder goed. Toen ik hen hiermee confronteerde, bevestigden zij dit en voegden er onmiddellijk aan toe dat ze voor hun onlangs uitgebrachte ep ‘It Won’t Be Wrong’ beroep hadden gedaan op een drummer, waardoor hun muziek voller klonk en waardoor ze ook meer airplay kregen. Misschien in de toekomst de drummer toch maar mee op tournee vragen...
Na zulk een denderende set het publiek bij de les zien te houden is niet makkelijk. Voor de Nederlandse Miss Mary & The Ragtime Wranglers was het dan ook bijna een onmogelijke klus om met hun hillbilly/rockabilly boven het niveau van The Hi-Stars uit te stijgen. De band deed nochtans zijn uiterste best met het promoten van hun nieuwe cd ‘Danger Moved West’, maar kon toch niet echt overtuigen. Daarvoor klonk Mary’s stem net iets te vlak en ook gitarist Joe Sixpack wist uit die schitterende doubleneck Mosrite Joe Maphis signature gitaar, net niet dat te halen wat wij verwachtten. Ook de Amerikaanse The Bellfuries kwamen wat traag op gang. Het was hun eerste optreden in een tournee van een maand en de jongens hadden begrijpelijk wat last van jetlag. Na een vijftal songs kregen ze er echter ongelooflijk zin in, en ging het alsmaar beter. Zanger/gitarist en spilfiguur Joey Simeone is als songschrijver wel beïnvloed door de rockabilly van de vijftiger jaren, maar laat ook minuscuul popinvloeden toe in zijn songs. Een slow van formaat als ‘Just Remembering’, een boogie om van te snoepen in ‘Teenage Boogie’, maar vooral een meesterlijke a capella uitvoering van Cooke’s ‘Cupid’ waren staalkaartjes van hun talent.
Zondag Dat het bluestime geblazen was, werd meteen duidelijk door het optreden van Boogie Beasts, één van de vele projecten van frontman Jan Jaspers. Samen met zijn onafscheidelijke drummer Gert Servaes uit Voodoo Boogie, The Goon Mat en Lord Bennardo, beiden gekend van hun samenwerking met Stinky Lou, toverde hij de ene na de andere aanstekelijke boogie tevoorschijn. Naast eigen songs kregen we werk van hoe kan het ook anders Hooker en Waters te horen. Constante in hun optreden was de perfecte interactie tussen het energieke mondharmonicawerk en de rauwe gitaarklanken. Persoonlijk vind ik Boogie Beasts tot het allerbeste wat Jan ooit presteerde. Dit is de weg die hem duidelijk ligt!
700 km hadden het Franse duo Blackberry & Mr. Boohoo gereden om ons te plezieren. Net als onze Tiny Legs Tim zweren deze heren ook bij de Mississippi Delta Blues. En net als Tiny Legs Tim konden zij met een akoestische gitaar en mondharmonica ons moeiteloos overtuigen. Met een enorme gedrevenheid en energie raasden zij door songs als ‘Misery Life’, ‘Elephant Fish’ en ‘Ho Lord’. Oerblues van formaat! Vorig jaar op Blues Peer lieten de Engelse 24 Pesos reeds een diepe indruk na. Wel dat deden ze hier nog eens over. Met hun blues, funk en bluesrock kregen zij het publiek al snel op hun hand. Hun versie van ‘Red House’ was er eentje van het betere soort en het op de resonator gespeelde ‘In The Summertime’ en ‘Ain’t Gonna Beg No More’ maakten ons duidelijk dat deze Engelsen nog lang niet uitgezongen zijn .
Omstreeks 21.30u mochten The Nimmo Brothers deze 10de editie van Goezot afsluiten. Stevie en Alan Nimmo behoren in Engeland tot de meest gewaardeerde hedendaagse bluesacts. Net zoals er een afwisseling was tussen de ruigere songs en de rustigere nummers, zo was er ook vlammend gitaarwerk naast ingetogen gitaarpartijen. De koude was er jammer genoeg de oorzaak van dat een deel van het publiek reeds huiswaarts keerde. Ons allereerste bezoek aan dit gezellige festival is ruimschoots bevallen. Een mooie locatie, een gevarieerde affiche, een vlot lopende organisatie, een goede ontvangt, en de zon, meer moet dat niet zijn. Al had die laatste wel wat langer aanwezig mogen zijn! Lambert Smits
|
foto's: © Lambert Smits
___________________________
|