|
||
|
Het laatste weekend van augustus staat sinds mensenheugnis in al onze virtuele, numerieke, papieren én hoofdelijke kalenders geboekstaafd als het Varenwinkel-weekend. Dit festival en zijn organisatoren stralen in hoge mate sympathie uit. Ligt Herselt écht nog wel in de provincie Antwerpen? Nee toch?! Enfin, zoals steeds organiseert men er het (Ge)Varenwinkel Blues & Roots Festival voor een goed doel. Ditkeer is dat vzw Dyadis, een vereniging die geleidehonden opleidt en ze dan ter beschikking stelt van andersvaliden. Het (Ge)Varenwinkelfestival, dat is een lovenswaardig initiatief in een authentieke, pure omgeving en met heel wat muziek die ons na aan het hart ligt... vrijdag Om klokslag 19 u. kondigde Doctor Blues de eerste band aan. Deze feilloze timing zou quasi het hele weekend overeind blijven en hiervoor willen we de organisatoren alvast feliciteren. De eerste band dus. Autumn Chills heten ze, en ze hebben vanuit Betekom maar twee boogscheuten moeten rijden om hier te geraken. Zelf hebben ze het over 'swamp blues' wanneer ze hun genre omschrijven. Bij die term denken wij dan haast automatisch aan mytische figuren als Lightnin' Slim, Slim Harpo, Lazy Lester en ja, waarom ook niet, aan een Tony Joe White bijvoorbeeld. Dit was echter een middelmatige mix van psychedelische rock en surfmuziek. De bassist en de ritmegitarist speelden identieke patronen en bleven dit kunstje tot vervelens toe herhalen. We gingen dan maar in de backstagetent een praatje maken met Lil' Jimmy Reed. De kranige zeventiger Leon Atkins vertelt ons haarfijn hoe hij als jonge bluesmuzikant een optreden van zijn grote idool Jimmy Reed wou bijwonen. Alleen bleek Reed zo dronken dat de clubeigenaar hem niet wou laten optreden. Hij vroeg Atkins om Reeds plaats in te nemen. Leons manier van zingen en spelen was nauwelijks van de echte Jimmy Reed te onderscheiden. Lil' Jimmy Reed was geboren. Deze zachtaardige man gaf hier in Varenwinkel een oerdegelijk optreden. Alle Reedklassiekers passeerden de revue in een meer dan geloofwaardige versie. De Britse pianopionier Bob Hall zorgde voor een goede ondersteuning. Dit genre oerblues willen we graag vaker op onze festivals zien, al was het maar om de klassiekers in ere te houden. Nog meer blues van het puurste soort viel ons in de kleine tent te beurt. We hadden al een vreugdedansje gedaan toen we de annulatie van Larry & His Flask vernamen. Hun ophitsende 'punkabilly' is ons ding niet. Maar dat Terry 'Harmonica' Bean hen kwam vervangen, maakte de droom compleet. Tot voor kort was Terry hier volstrekt onbekend, behalve dan voor wie de documentaire 'We Juke Up In Here' van Roger Stolle en Jeff Konkel had gezien. Daar voert men de goedlachse Terry op als een van de laatste authentieke deltabluesmannen, met een gammele nauwelijks gestemde akoestische gitaar. Hier verscheen de meubelmaker uit Pontotoc, Mississippi met een degelijk elektrisch exemplaar, een harmonica op een nekrekje én een band! De Franse begeleiders kweten zich behoorlijk van hun taak, maar het was vooral Terry zelf die begeesterde met je reinste deltablues. Zijn levensdoel is de mensen de blues te laten horen, zoals hij ze als kind ontdekte in de Mississippidelta. We hebben het al vaak gezegd, geschreven en ook wijselijk gezwegen: de échte blues doet het altijd! Ook bij een gevarieerd publiek in het jaar 2013! Altijd! Terry 'Harmonica' Bean ontpopte zich tot dé knuffelbeer van het festival. En wat belangrijk is: dit was geen pose, dit was echt! Hilarisch vonden we het, toen hij in zijn pauze met enkele grappige dansjes de twee pastameisjes probeerde te charmeren. De hete dampen bleken echter alleen uit de voederbakken op te stijgen, maar de pastameisjes hadden dan ook zijn optreden niet gezien... Compleet murw wou men ons krijgen op Varenwinkel! En het is dan nog gelukt ook. Wat een energie ging er uit van Garry McAvoy's Band of Friends! Voor de niet-ingewijden geven we mee dat McAvoy de bassist uit de band van Rory Gallagher is en dat de Nederlander Marcel Scherpenzeel de rol van de in 1995 overleden Ierse bluesrockhalfgod schitterend vertolkt in deze 'tribute band'. We gaan hier niet overdreven lyrisch doen door te schrijven dat Gallagher van hierboven meekeek en zag dat het goed was. Iedereen heeft met eigen ogen en oren de nodige vaststellingen kunnen doen, al waren ettelijke specimen op dit late tijdstip al a million miles away... Franky Bruneel zaterdag De tweede dag van het (Ge)Varenwinkel Blues Festival moest de topdag worden, en of dat inderdaad ook zo was, zullen we even stukjesgewijs uit de doeken proberen te doen. Om het festival op een voor altijd bijblijvende manier af te sluiten had de organisatie de tijdelijk herenigde The Nightporters uitgenodigd. The Nightporters konden tien jaar geleden de tent al volledig op zijn kop zetten en nu, tien jaar later kregen ze de gelegenheid om dat nog eens dunnetjes over the doen. 'Mellow Down Easy', 'Wang Dang Doodle' (extended version), 'Hipshake' en ander lekkers gingen er weer in als zoetekoek. Het ganse succesrepertoire werd erdoor gejaagd, de trukendoos zover geopend als maar kon, maar… hoezeer Ian, Chris, Martin en Kev(in) ook hun stinkende best deden, het alles verterende vuur van tien jaar geleden reikte nu maar tot in de helft van de tent. Zelfs wij, fans van het eerste uur, en nog altijd, raakten niet meer zo adembenemend onder de indruk. Alles… went duidelijk. Om de festiviteiten op zaterdag met een 'blast' te beginnen, had de organisatie Voodoo Swing geprogrammeerd. Deze three piece (gitaar/zang, drums, upright bass) rockabillyband, uit Phoenix, Arizona, heeft wel heel erg goed naar The Stray Cats gekeken, en geluisterd vooral. Zelfs de drummer doet zijn ding staande achter zijn 'drumkit'. Nu zijn wij niet direct extreme rockabillyliefhebbers, maar de uitermate energieke set kon er bij ons wel in, althans het eerste half uur. Daarna begonnen wij het allemaal een beetje van hetzelfde te vinden. Waarmee we, let wel, helemaal niet gezegd willen hebben dat dit een minder goed optreden was. Voodoo Swing… voor de liefhebbers, en die waren op dit vroege zaterdagnamiddag uur nog niet in groten getale opgekomen, maar ze waren wel enthousiast. 'Let's go to Chicago' dan met de Robert Smith Bluesband, een Belgisch-Nederlands samenwerkingsverband. De RSB brengt een 'old school' bluesset zonder pretentie. Dit is niet het spannendste wat we ooit hebben gezien en gehoord, maar gewoon… goed. En dat Chicagoblues uit de lage landen op een zaterdagnamiddag niet echt aanslaat, merk je aan de toch wel vrij lauwe reacties van het publiek... Het was een tijdje geleden dat we James Harman nog aan het werk hadden gehoord, en (Ge)Varenwinkel gaf ons die mogelijkheid. James heeft voor de gelegenheid met Gene Taylor (keys) en Bart De Mulder (gitaar) twee absolute virtuozen uitgenodigd. Gene krijgt aan het begin van de set zijn 'moment of glory' en dan is het de beurt aan 'the one and only James Harman'. De tijd van 'Extra Napkins' is al lang geleden, maar James is nog altijd verbazingwekkend goed. Hij acteert, vinden wij, soms een beetje… 'onvast', maar dat zal wel aan ons liggen. De 'Thank you baby', of 'darling' na elk nummer zijn er ook nog altijd. Goede set met een goede James Harman, een uitstekende Gene Taylor en een soms geniale Bart De Mulder. Voor ons kwam de beste act van de zaterdag van The Norman Beaker Band uit de UK. De set is tamelijk klassiek, traditioneel en qua benadering van de blues typisch Brits, maar helemaal niet slecht. De meningen over de prestatie van Norman Beaker liggen duidelijk ver uit mekaar. Voor sommigen is dit het beste wat (Ge)Varenwinkel dit jaar te bieden had, en voor anderen was dit ongelooflijk passé en saai. De waarheid zal wel weer ergens in het midden liggen, zeker? Wij vonden Norman Beaker, de ex-gitarist van onder andere Chris Farlowe, nota bene, goed tot goed plus. Maar het is goed dat meningen kunnen en mogen verschillen want anders zou ons wereldje er maar grijs uitzien. Jean Bervoets In de marge vermelden we nog even dat programmator Bruno Verhoeven zich onlangs definitief in Oostenrijk heeft gevestigd. Hij kon er zelf niet bij zijn, maar daar waar hij nog bij de keuze van de bands betrokken is geweest, schemerde dat overduidelijk door. De dolle pret in de kleine tent, met de Amerikaanse Hackensaw Boys en de Zwitserse Slam & Howie and the Reserve Men was het onmiskenbare resultaat van Bruno's spitsneuzige talent voor het opsnorren van knotsgekke maar kwalitatief sterke kolderbands voor rednecks en cotton eyed Joe's. Virtuoos bespeelde fiddles en mandolines in combinatie met bezwerende teksten en opzwepende ritmes transformeerden telkens weer het publiek van de clubtent in een kolkende massa. Waar is da feeeesssje?!? Franky Bruneel
terug naar de index van de concert- en festivalrecensies
|
foto's: © Franky Bruneel (vrijdag) en Michel Verlinden (zaterdag)
___________________________
|