Northsea Jazz
Port of Rotterdam (NL) - 11, 12 & 13 juli 2014


vrijdag 11 juli


Het Congo-podium is deze avond de basis voor blues, soul, funk en aanverwanten, met de focus op New Orleans. We trappen af met Galactic, de laatste grote vertegenwoordigers van een rijke traditie, en opvolgers van grote namen als The Meters en The Neville Brothers. Ze zijn al actief sinds 1994, maar waren nog maar weinig te bewonderen op de podia van de lage landen. De huidige samenstelling leunt op een ijzersterke ritmesectie met als uitschieter slagwerker Stanton Moore en zangeres Maggie Koerner. Vanaf de eerste noten worden we verblijd met verzengende instrumentale New Orleans-funk, waarin de afzonderlijke bandleden meteen hun visitekaartje afgeven. Wat later verschijnt zangers Maggie Koerner, ogenschijnlijk net uit bed, gekleed in half aangetrokken tuinbroek en ochtendjas. Maar wat een krachtig stemgeluid heeft ze in 'Push It Up Higher' en de prachtige ballade 'Mama In The Morning'. 'It’s A Mans World' lijkt hoog gegrepen, maar ze komt ermee weg. En de drummer? Die heeft een act; voor op het podium met een slechts een snare drum, koebel en een tamboerijn beleven we de drumsolo van de avond.

Mavis Staples is zopas 75 jaar geworden en dus zingen we haar toe, net als bij haar vorig optreden, drie jaar geleden. Meteen belooft ze ook haar volgende verjaardag hier met ons te komen vieren. De tent is meer dan bomvol, iedereen wil deze levende legende van dichtbij bewonderen. De band is minimaal, maar bestaat uit topkrachten: Rick Holmstrom op gitaar speelt scherp in de stijl van wijlen vader Pops Staples, Jeff Turmes op bas speelt weinig, maar altijd goedgeplaatste noten en de jonge drummer Stephen Hodges swingt! Onder de drie achtergrondstemmen ook die van zus Yvonne. Mavis is zo ongeveer de laatst levende van de burgerrechtenbeweging onder Martin Luther King, lang, heel lang geleden. Ze frist ons geheugen op met sociaal bewogen gospels: 'Come Go With Me' en de afsluiter 'I’ll Take You There' getuigen daarvan. Het Talking Heads-nummer 'Slippery People' krijgt een prachtuitvoering evenals de ontroerende ballade 'You’re Not Alone'. Dit optreden had eindeloos mogen duren.

Met Walter 'Wolfman' Washinton & The Roadmasters zetten we even een stapje terug. Hij maakt geen grootste indruk. In zijn band zit weinig muzikaliteit. De beide blazers spelen doorlopend en zonder veel nuance plichtmatig hun noten. Misverstanden tussen Washington en zijn bassist onderstrepen het rommelige geluid bij dit optreden. Natuurlijk, de wolf huilt nog wel, en de gitaar wordt nog met de tanden bespeeld, maar het geheel laat een toch wat sleetse indruk na. In het clubcircuit komt deze man zonder twijfel veel beter tot zijn recht dan op dit festivalpodium.

We sluiten af met Booker T Jones, een inmiddels goed gesoigneerde heer op leeftijd. Hij is legendarisch als medegrondlegger van de Memphissoul, bijna vijftig jaar geleden, toen hij als 17-jarige al hits op zijn naam schreef. Jones en zijn Hammond B3-orgel zijn een organische eenheid, hoewel hij vanavond ook, zij het voorzichtig, een uitstapje maakt op gitaar. De uitstekende gitarist Vernon Black knapt echter het echte werk op. Zijn misschien wat schoolse optreden is verpakt in de vorm van een historisch college. Aan de hand van Jones doorlopen we  chronologisch zijn imposante loopbaan. Als auteur van 'Born Under A Bad Sign' kan hij de uitvoering van Albert King natuurlijk niet doen vergeten. Hij was erbij toen Jimi Hendrix op het Monterey Popfestival in 1967 de wereld versteld liet staan. 'Hey Joe' wordt als illustratie gespeeld, evenals 'Mannish Boy', volgens Jones een voorbeeld van Beale Street-blues. Ook hier verlangen we terug naar de originelen. Muzikaal uiterst kundig gespeeld, maar natuurlijk nooit te overtreffen. Lichtelijk zelfingenomen lijkt Jones hiermee te willen zeggen: “ik was erbij en maakte er deel van uit” . Weer wordt vanavond een bruggetje geslagen naar The Talking Heads, ook zij legden een prachtversie van Al Greens 'Take Me To The River' vast. De hiprappende drummer geeft vanavond een extra dimensie aan deze song. Het meest overtuigt hij op zijn eigen terrein als de grote Booker T & the MG’s langskomen: 'Hip Hug Her', 'Green Onions' en 'Soul Limbo'. Voor een deel van het publiek was dit het feest der herkenning, voor anderen volkomen nieuw.

zaterdag 12 juli

Het is druk vandaag , erg druk, overvol soms. Dan is het meer stilstaan dan schuifelen van het ene podium naar het nadere. Het laat ouderen terugdenken aan Haagse toestanden in het Congresgebouw.

Gelukkig is er lucht op Congo Square, waar we ons laten verrassen door twee aanstekelijke sets van The Blue Grass Boogiemen, een vreemde eend in de bijt met stokoude country op het repertoire. Het meest recente nummer van hun set is van Johnny Cash uit de vroege jaren zestig. Het publiek is ontvankelijk en ruimdenkend en reageert enthousiast.

Het optreden van Joss Stone laat gemengde gevoelens achter. Haar legendarische verschijning aan het firmament kennen we allemaal, en hoeft hier niet te worden herhaald. Tussen haar debuut 'The Soul Sessions' en haar laatstverschenen 'The Soul Sessions vol. 2' kronkelt een wisselvallige carrière met vaak gebrek aan focus. Dat is ook het kenmerk van haar optreden, waarin ze lollig keuvelend de benodigde vaart en spanning uit haar optreden haalt. Mooi uitgelicht door een volgspot legt ze vele meters af, maar ook het publiek loopt af en aan. Weinigen zullen haar show volledig hebben bijgewoond. Veel covers komen langs, en soms is haar stem meer schel dan soulvol. De soul breekt pas halverwege even door, na het nog in de steigers staande reggaenummer 'Love Me From My Eyes'. Later op de avond zullen we haar terugzien en horen, maar dan beter, als freestylende sidekick naast Stevie Wonder.

Eerder dit jaar verscheen van Dr. John de cd 'Ske.Dat.De.Dat: Spirit Of Satch', een eigenzinnige hommage aan de legendarische stadgenoot Louis Armstrong. Op dit album wordt hij bijgestaan door de fine-fleur van muzikale collega’s uit New Orleans en aanpalende regio’s. Vanavond, in de fijne Amazonzaal worden hij en zijn band bijgestaan door vijf Nederlandse topblazers, zorgvuldig geselecteerd door altsaxofonist Benjamin Herman. De geest van trompettist Armstrong komt tot leven in een glansrol van speciale gast Nicholas Payton. Het geheel staat onder strakke leiding van tromboniste Sarah Morrow. Het optreden gaat imponerend van start met het overbekende 'What A Wonderful World', waarna het ene hoogtepunt volgt op het andere: 'That’s My Home', klinkt krachtig ingetogen, 'Sometimes I Feel Like A Motherless Child' ontroerend breekbaar. In 'Memories Of You' schittert Payton. Met gesloten ogen lijkt Louis Armstrong zelf aanwezig. 'When The Saints Go Marching In' wordt vertolkt alsof het de eerste keer is. Dr. John sluit feestelijk af met onvermijdelijke 'Such A Night'. En steeds waren daar in elke nummer die prachtige blazers, bevlogen uitvoerders van spannende arrangementen...

Voor afsluiter Stevie Wonder is de Nile Natuurlijk te klein en barstensvol. Alle ingangen worden afgesloten. Een opgelopen verkoudheid speelt hem parten, zoveel is al duidelijk bij de eerste song. Marvin Gays 'How Sweet It Is' komt er niet echt lekker uit, evenals 'Daytripper'. Professioneel lost Wonder dit probleem op door het publiek actief en begeesterd te betrekken. Samen zingen we ons er wel doorheen, en dat gebeurt. Joss Stone vervult haar gastrol met verve. Het duet 'Living In The City' geeft haar de focus die eerder in haar eigen optreden ontbrak.

zondag 13 juli

We beginnen de dag op Congo Square. Daar worden we vandaag vergast op twee gerenommeerde New Orleans-jazzgezelschappen. Zowel The New Orleans Swamp Donkeys Traditional Jass Band als de Rebirth Brass Band spelen hun aanstekelijke korte sets gedurende de pauzes in de Congotent. Ze doen dat zittend, maar duidelijk is, dat deze muziek vooral lopend door de straten van de stad zijn volle betekenis krijgt.

De blinde pianist Henry Butler, Steven Bernstein & The Hot 9 spelen terecht de tent bomvol. Virtuoos pianist en meesterarrangeur Steven Bernstein mengt traditionele NO-jazz in prachtige arrangementen met andere invloeden. Zo komen ook de olifanten uit Saint Saens Dierencarnaval voorbij.

Vol verwachting gaan we er eens goed voor zitten in de Maas. In een drie uur durende marathon brengt The Daptone Super Soul Revue in totaal een kleine dertig muzikanten en vocalisten op het podium. Achtergrondzangeressen Starr Duncan Lowe en Saundra Williams bijten de spits af. Ondanks de massale band is het geluid kristalhelder. De stemming zit er meteen goed in. Met gesloten ogen wanen de ouderen onder het publiek zich weer in het Amsterdamse Concertgebouw ten tijde van de legendarische Stax Soul Revues uit de late jaren zestig. Zij en de daaropvolgende Sugarman 3 dienen als opwarmers voor de Screaming Eagle Of Soul, wie anders dan Charles Bradley. De Maas is nu overvol gevuld. Twee jaar geleden debuteerde Bradley op het kleine Mississippi-buitenpodium. Daar maakte hij een verplet
terende indruk en vestigde hij zijn naam. Vorig jaar beleefden we hem op het  grotere podium van de Congotent. Nu blijkt hij ook moeiteloos de immense Maashal aan te kunnen. Gepassioneerd zingt en schreeuwt  hij al zijn emoties uit: angst en liefde vechten om de voorrang. De oerschreeuw van Wilson Pickett en de poses van James Brown zijn zijn handelsmerk, maar hij is inmiddels veel meer dan de imitator die hij ooit was. En juist als zijn optreden overgeëmotioneerd uit zijn voegen dreigt te barsten, sluit hij klein en intiem af. Hij verlaat het podium en wordt in de zaal letterlijk één met zijn publiek.

Het New Yorkse platenlabel Daptone is een productiehuis waarin ook het Antibalas Afrobeat Orchestra onderdak vindt. Hun optreden is echter een voor het publiek te grote stijlbreuk. In korte tijd loopt de hal halfleeg. Niet helemaal terecht, want het orkest staat zijn mannetje. De afsluitende Sharon Jones & The Dapkings ondervinden de ge
volgen. Ondanks een indrukwekkend energieke souloptreden spelen ze hal niet meer vol. Dat is jammer voor al diegenen die nu verstek laten gaan. De kleine 58-jarige stuiterbal Jones heeft haar kanker overwonnen en dat zal de wereld weten. Ze schreeuwt het uit over hoe het is om kaal als een biljartbal, met verlies van haar nagels in de spiegel te moeten kijken. Het gevolg van intensieve behandelingen. "Nee Heer, je krijgt me niet, ik ben nog lang niet klaar hier beneden, ik heb nog werk te doen weet u". De Heer is haar genadig geweest, en zo worden wij verblijd met sterk uitgevoerde songs als 'Long Time, Wrong Time' en 'Get Up and Get Out', beide van haar laatstverschenen cd 'Give The People What They Want'. Jonge blanke zich soulzingende meisjes noemend wordt van harte aangeraden bij miss Jones in de leer te gaan alvorens zelf het podium te betreden. Hun optredens zullen ongetwijfeld aan bezieling winnen.

Henk Demper

 

reageer op dit artikel

terug naar de index van de concert- en festivalrecensies

  • Naast de concert- en festivalverslagen op deze website is Back To The Roots sinds 1995 het meest complete en veelzijdige tijdschrift voor blues en verwante muziekstijlen. Vijf keer per jaar brengen we u nieuws, achtergrond, interviews, reportages, cd- en dvd-recensies, boeken, de meest complete blueskalender, enz... Nog geen abonnee? Klik hier voor meer info.
     

    
      foto's:
      ©
Bert Lek

      _____________________

      
       koppelingen:
       - website North Sea Jazz

    

 

 




 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 



























































































































































 


 

 

 

 

 

 


This site tracked by OneStat.com. Get your own free site counter.