          

|
Southern Bluesnight Parkstad Limburg Theater, Heerlen (NL) - 19 maart 2016
We
kunnen het niet helpen, maar we denken nog vaak met weemoed terug aan
de Blues Estafette, wellicht hét belangrijkste bluesfestival van
Nederland, dat van 1980 tot 2004 jaarlijks plaatsvond in Utrecht. En we
kunnen het ook niet helpen, maar als er één Nederlands bluesfestival is
dat qua sfeer een tikkie in de buurt van de Estafette komt, al is het
uiteraard veel kleinschaliger, dan is het de Southern Bluesnight. Zo
voelen wij dat toch aan. De jaarlijkse trip naar het mooie theater op
het Burgemeester van Grunsvenplein in Heerlen waren we zodoende ook nu
weer aan onszelf verplicht. We waren er al om 16 u. voor de
rechtstreekse uitzending van 'Hubert on the Air' op radio L1 (Limburg
1). Maar liefst drie uur lang passeerden de verschillende artiesten die
's avonds spelen hier al even de akoestische revue, elk voor een
drietal nummers. Richard Van Bergen (Rootbag) mocht een uur lang zijn
favoriete plaatjes draaien en iets na zessen mocht Back To The Roots
zelf ook even kort achter de microfoon plaatsnemen om wat duiding te
geven over onze activiteiten, met uiteraard het tijdschrift op kop.
Precies om 19 u. ging dan het eigenlijke festival van start en het
tijdsschema zou de hele avond met een klokslaagse precisie worden
gevolgd. En zo hebben wij het graag...
DSM Theatercafé
In het drukke, soms te
drukke, maar toch wel gezellige, DSM Theatercafé, ofte de lobby van het
theater, had de organisatie drie acts gepland. De Ragtime Rumours,
winnaars van het BRUL-contest (Blues- en Rootsmuziek Uit Limburg)
kregen de, altijd contesteerbare, eer om de feestelijkheden te openen.
Voor de leken het genre misschien even definiëren? Ragtime is een
laatnegentiende-eeuwse Amerikaanse muziekvorm, gekenmerkt door
syncopische melodie en begeleiding. Ragtime is één van de muzikale
bronnen van de jazz. In Europa heeft met name de Engelsman Chris Barber
zich sterk ingezet voor de ragtime, door het met zijn dixielandorkest
regelmatig ten gehore brengen van muziek uit de ragtimeperiode. 'Hit
the note twice' is de lijfspreuk voor de ragtime. Ragtime is
oorspronkelijk uitsluitend gemaakt voor piano, en werd door zwarte
pianisten gespeeld in clubs en bars in New Orleans. Later zijn ook wel
bewerkingen voor blaasorkest gemaakt, ook nog voordat de jazz in
ontwikkeling kwam. De stijl kenmerkt zich door een strakke baspartij
terwijl de melodie hier ritmisch tegenin gaat. Het klinkt alsof de
melodie net voor de begeleiding uitloopt of juist achter de begeleiding
aangaat. Ze sporen in ieder geval niet samen. Hierdoor ontstaat het
gevoel van ragged time: verscheurde maat. De beroemdste
ragtime-componisten waren Scott Joplin, James Scott en Joseph Lamb. De
nu wereldwijd bekendste compositie is 'Maple Leaf Rag'. Zo, dat weten
jullie nu ook weer. Het is niet zo dadelijk een genre dat wij
overvloedig terugvinden binnen de blues, maar de ‘Rumours’ konden ons,
met wat ze deden, écht wel boeien. Goede zang, goede
instrumentbeheersing, leuke sfeer, alles was er om van een geslaagde
opener te spreken. En er was niet uitsluitend ragtime, maar er was ook
ruimte voor wat blues. Leuke set, goed gedaan.
We hadden geen idee wat we van Lloyd Spiegel
mochten verwachten. Lloyd blijkt een Australiër te zijn die al 25 jaar
in het vak zit, acht albums heeft uitgebracht en gedurende die periode
bedacht is met diverse awards. De man acteert solo, met gitaar en een
soort… voetdrum. Sceptisch als we zijn hadden we in eerste instantie zo
onze bedenkingen, maar al snel raakten wij onder de indruk van het
ongelooflijk ingenieuze gitaarspel en de donkerbruine stem van Lloyd.
Hij speelt op een zelfgemaakte gitaar (from Tasmanian Hardwood) en hij
doet dat gewoon schitterend. Lloyd doet, uiteraard, een aantal 'blues
standards', maar het is vooral zijn eigen werk dat ons uitermate
intrigeert en boeit. Lloyd is ook een ‘verteller’ en zijn bindteksten
zijn interessant en humoristisch. Topper!
En wat te denken dan van Boo Boo Davis?
En hier moeten wij misschien tegen schenen schoppen, maar Boo Boo, en
dat is onze heel persoonlijke en subjectieve mening, sorry daarvoor, is
niet die buitengewone bluesartiest voor wie hij misschien wel wil
doorgaan. Davis, uit Mississippi, is weinig overtuigend. Zijn
harmonicaspel is vrij gewoontjes en ontlokt ons zeker geen 'wows'. De
stem, daar kan hij zelf niet veel aan doen, is niet echt… bluesy te
noemen. We weten het… het is nogal ‘cru’, maar na een half uur Boo Boo
was het écht wel genoeg. Sorry, mensen, maar dat is nu eenmaal onze
zeer persoonlijke mening. Objectiviteit bestaat nu eenmaal niet. En
zeker niet in de muziek.
Rabozaal
In
de Rabozaal, de ‘pluche’ zaal, mochten we getuige zijn van ronduit
schitterende shows van Junior Mack (& Blind B & The
Visionaires) en Chris Beard. Junior Mack
is gewoon… klasse. Bij Junior hoor je, of zie je niet gewoon de blues,
maar je voelt ze ook. De man beheerst het ganse gamma tot in de
finesse. Het is in hoofdzaak Chicagoblues, maar zo netjes gedaan dat je
je in één of andere ‘joint’ in Chicago waant. De stem zit goed, de
gitaar is prima, en als je dan ook nog het kruim van de Nederlandse
bluesmuzikanten (allemaal award winnaars) naast en achter je hebt
staan, wat kan er dan nog misgaan? Juist!
En dan was daar Chris Beard,
zoon van Joe Beard, bekend, beroemd en geroemd bluesman. Chris haalde
zijn inspiratie grotendeels, en dat kan je dus goed horen, bij Buddy
Guy. Chris trok een tijdje op met de band van zijn vader, Joe, tot hij
vond dat het tijd werd om op eigen benen te leren lopen. In Heerlen
werd Chris begeleid door Hammond- en pianowizz Patrick Cuyvers (jawel),
Steve Wouters (drums) en Renaud Lesire (bas). Samen met Chris zorgden
zij dus voor vuurwerk. Klein minpuntje: Chris houdt van ellenlang
uitgesponnen gitaarsolo’s en die werken op den duur een beetje ‘déjà
vu’. Maar, al bij al, een gave, onderhoudende prestatie.
Jean Bervoets
Limburgzaal
Tussen een
smaakvolle bamibal en twee Brand Pilseners door treffen we een oude
bekende die een boompje opzet over het feit dat we ooit hebben
geschreven dat hij de blues had verraden. Of zoiets. Tja, als je
organische muziek, gemaakt door mensen van vlees en bloed, en met echte
instrumenten, gaat inruilen tegen een wel erg dunne drumcomputer en als
je de stem – het belangrijkste instrument in de blues – tot behang
degradeert, dan moet je met dat soort kritiek leren omgaan. Vinden wij.
Hij heeft het nog over de evolutie in zijn muzikale expressie en over
het feit dat Muddy Waters vast ook een computer had gebruikt als hij
vandaag nog had geleefd. En zo van die dingen. En dan floept hij het
eruit. “Ik heb niets met blues te maken”, zegt hij. We doen alsof we hem niet goed begrijpen en hij herhaalt het nog wat luider: “Ik heb niets met blues te maken.”
Eigenlijk doet dit intermezzo in dit verslagje net zo weinig terzake
als een mieterende mottenbal, maar het past ter illustratie van de
rollercoaster die de Southern Bluesnight eigenlijk is. Concerten op
vier verschillende locaties, de meest uiteenlopende bluesstijlen,
snuisterijen, cd's, een fraai opgezette bluesbibliotheek, lekkere
vegeburgers en in de bar op de bovenverdieping verschillende soorten
whiskey voor slechts anderhalve munt. En wij dus de hele avond als in
een roes op een euforische slingertocht doorheen de blues in al zijn
gedaanten...
In de Limburgzaal, zeg maar de grote 'staande' concertzaal, mag James 'Super Chikan' Johnson
uit Mississippi aftrappen. Hij doet dat met 'Hideaway' van Freddie King
en heeft het publiek meteen mee. Het lijkt wel alsof Super Chikan
tegelijk lead en ritmegitaar speelt wanneer hij soleert. De brave man –
die zijn gitaren trouwens zelf bouwt, vaak uit allerhande
recyclagematerialen – gebruikt geen plectrum en tovert al die fijne
frazeringen gewoon uit zijn behendige vingers. Super Chikan brengt een
mix van eigen werk en klassiekers. Zo krijgen we een lekker Jimmy
Reedmoment en in 'Crosscut Saw' van Albert King horen we de kippen
graantjes pikken. Neen? Heeft u uw ogen wel gesloten? Kippen en Wild
Jimmy Spruill horen we. Wild Jimmy wie? Ach laat maar, we komen er nog
weleens op terug. Dat was een gitarist die in de jaren '60 op de labels
Fire en Fury actief was. We zagen hem ooit op de Blues Estafette kippen
graan doen pikken. Met zijn gitaar dus. Om maar te zeggen dat we met
Super Chikan de toch wel meest authentieke bluesact aan het begin van
de avond krijgen. Een eervolle vermelding is er trouwens voor zijn
begeleidingsband, bestaande uit Fat Harry Dorth (gitaar) en de
ritmesectie van de Fossen & Struijk Band, zijnde Jan Markus (bas)
en Edje Nijenhuis (drums).
Door de annulering vanwege zydecoman Dwayne Dopsie hebben de organisatoren Champagne Charlie
geboekt. 'Weten te strikken', hebben we ergens gelezen. Maar een
Zeeuwse band weet je niet te strikken. Je belt die gewoon. Enfin,
Champagne Charlie dus en wie de recensies van hun cd's en het interview
in ons tijdschrift heeft gelezen, weet waar deze band voor staat:
vroege blues met uitstapjes naar minstrel en hokum, een complex
instrumentarium met ukelele, wasbord, mandoline naast de traditionele
instrumenten en boeiend gegrasduin door de vooroorlogse blues, in het
gezelschap van een horde hobo's. “I asked for water, she brought me gasoline”
zingt Sjef Hermans. Wij vinden dat allemaal humoristisch en goed
gebracht, maar... de eerlijkheid gebiedt ons om aan te geven dat deze
zaal eigenlijk om wat meer bombast, wat meer... energie vraagt.
Achteraf bekeken had Champagne Charlie misschien beter tot zijn recht
gekomen in de Rabozaal en Chris Beard in deze Limburgzaal.
De Canadese zangeres Shakura S'Aida
mag het feest in de Limburgzaal afsluiten. Ze is de enige overzeese act
die met eigen full band aantreedt. En strak in het leren pak, met veel
glitters en bellen rond haar lijf, en een dikke laag schmink en mascara
die het mooie gezicht verbergt dat de luisteraars van radio L1 deze
vooravond niet hebben gezien. Maar wij wel. Shakura S'Aida staat live
synoniem voor show, rhythm and blues, funk en een vleugje soul. Ze
brengt het opzwepend als een diva, ze hangt om de haverklap rond de
hals van haar bassist of gitarist en ze communiceert vol overgave met
haar enthousiaste publiek. Kijk, dit is nou net de bombast die deze
zaal nodig heeft.
In onze linkerbroekzak vinden we nog anderhalve munt. Daarmee kunnen we
nog even naar boven. En daarna nog even weer helemaal naar beneden. In
het DSM Theatercafé speelt Rootbag
van Richard van Bergen een thuismatch die ze niet kunnen verliezen. Er
worden immers Dutch Blues Awards uitgereikt. Eindelijk, na al die
jaren, rijft Richard die van beste gitarist binnen en op zijn beurt mag
hij drummer Jody van Ooijen de award van beste drummer overhandigen.
Zou het waar zijn dat Muddy een computer zou gebruiken indien hij nog
had geleefd? Zou er dan een Dutch Blues Award voor beste beatboxer
bestaan? We willen het niet weten. Blues is gelukkig nog zoveel meer
dan enkel maar cultiveren en koesteren wat er nog van rest. Na honderd
jaar is het nog steeds een levende communicatievorm. We hebben op de
20ste editie van de Southern Bluesnight toch wel weer heel innoverende
artiesten gezien. Organische. Van vlees en bloed. Mensen die echt wel
wat met blues te maken hebben. Bedankt, en tot volgend jaar!
Franky Bruneel
reageer
op dit artikel
terug naar de index
van de concert- en festivalrecensies
-
Naast de concert- en festivalverslagen op deze website
is Back To The Roots sinds 1995 het meest complete en
veelzijdige tijdschrift voor blues en verwante
muziekstijlen. Vijf keer per jaar brengen we u nieuws,
achtergrond, interviews, reportages, cd- en
dvd-recensies, boeken, de meest complete blueskalender,
enz... Nog geen abonnee? Klik
hier voor meer info.
|
foto's:
© Franky Bruneel
_____________________
|