|
||
|
In tegenstelling tot vorige tournees in onze regio had John Primer deze keer enkele leden van zijn Amerikaanse band bij. En dat waren niet van de minsten. John rekruteerde drummer Lenny Media uit Magic Slims Teardrops en bassist Mike Scharf speelt al drie decennia lang de blues in Chicago. Hij is vooral bekend van bij Lil' Ed & The Blues Imperials. Wat is die Scharf trouwens een zalige bassist! Ook al oogt hij enigszins als een zachtmoedige bankbediende die iedereen met de glimlach een renteloze lening toestaat, toch huist in deze schapenvacht een gedreven wolf, pulserend, krachtig en muzikaal grenzeloos onderlegd. De Nederlandse zanger-gitarist Hein Meijer – bekend als Little Boogie Boy – vervolledigde de bezetting. Hein begeleidt John Primer al sinds mensenheugenis op zijn Europese tournees en dat is de logica zelve. Hein is immers één van de drie Nederlandse bluesmuzikanten die Chicagoblues kan spelen. En neen, dit is geen boude uitspraak die we voor eigen rekening nemen, want voor het concert hadden we hierover een babbel met John en die beaamde deze stelling voor de volle honderd procent. En alsof hij onze gedachten las, voegde hij er zelf de namen van die andere twee aan toe. We hebben het over hen gehad in ons verslagje van Blues Alive in Boxmeer. Hein zette trouwens de twee sets in met felgesmaakte interpretaties van de 'real deal' Chicagoblues alvorens de meester zelf opkwam. Het was in alle opzichten heet in de Comptoir. En dat heeft zo zijn voordelen. Al na een drietal nummers gutste het zweet van Lenny Media's gezicht en moest hij zonodig zijn shirt uittrekken. We hebben nog nooit een drummer zich al spelend uit zijn shirt zien hijsen, zonder ook maar één klokvaste slag te missen. Hoe hij het heeft klaargespeeld, blijft een mysterie. Harry Houdini was tot dusver de koning van de ontsnapping, maar sinds zondag weten wij wel beter. Lenny is het spreekwoordelijke nader order. John Primer was goedlachs en bijzonder in zijn schik. Ook van dichtbij ziet hij er minstens tien jaar jonger uit dan hij is. Met zijn grappige mimiek houdt hij de rek in en de plooi uit zijn snuitvel. Slide speelt hij als de beste en het publiek ging compleet uit de bol bij elke solo waarbij hij zeer sterk refereerde naar Muddy Waters, zijn gewezen leermeester. Hoogtepunten waren 'Kansas City' dat hij ironisch genoeg omboog tot eersteklas Chicagoblues, de trage nummers 'Let It Be Me' en (vooral) 'Since I Met You Baby' waarin zijn gitaar met hem meezong, een alles overtreffende versie van de Muddy-klassieker '40 Days & 40 Nights', een bluesversie van Arthur Crudups 'That's All Right' en 'Close Together' waarmee hij afsloot en het publiek naar hartelust unisono liet meebrullen. Vuurwerk in de keet! Leuk aan dit intieme clubconcert was ook dat Primer de tijd nam om met zijn publiek te communiceren. Zo deelde hij met de toeschouwers de belangrijkste levensles die Muddy Waters hem meermaals in de binnenzak stopte, namelijk dat je tijdens de bronstige jacht het uitgekozen wijfjesdier eerst meesmuilend naar de hoogste regionen moet voeren, alvorens je haar te grazen krijgt. Nou ja, wij gebruiken hier 'te grazen' als metafoor en bedoelen dat niet pejoratief. In elk geval paste Primer die tactiek zelf meesterlijk toe om het publiek voor zich te winnen. Hij blijft een klassebak, een groots entertainer en een uitzonderlijk bluesmuzikant. Na ruim twee en een half uur van de bovenstebeste Chicagoblues keerden wij voldaan terug naar huisje weltevree. Jazeker, weltevree, dankzij John Primer en Comptoir des Arts die het samen maar weer voor elkaar hebben geflikkerd. Op naar de volgende 'Juke Joint Session' in maart, met dan iets compleet anders, namelijk harmonicavirtuoos Jason Ricci! Franky Bruneel
terug naar de index van de concert- en festivalrecensies
|
foto's: © Peter Vandenberghe _____________________
|