|
||
|
Het was, wegens… wegenwerken hier en daar, een klus(je) om dit jaar in Wespelaar te geraken voor de 29ste editie van het vermaarde Swing Festival. En vermits de GPS van ons tien jaar oude karretje nooit is geüpdatet, moesten wij een paar keer een beroep doen op welwillende streekbewoners om ons verbaal naar de plaats van het gebeuren te leiden. Enfin, uiteindelijk waren wij toch nog goed op tijd, en er was, als bij wonder, ook nog een parkeerplaatsje vrij aan het station. Even goedendag zeggen tegen de baas van het nabijgelegen café, maar deze geweldige cafébaas bleek met pensioen. Dit allemaal terzijde, maar we moeten toch ergens mee beginnen... Goed op tijd dus om de nieuwe Blue Chevy’s aan het werk te zien, en te horen vooral. De Chevy’s zijn terug, en hoe! De Chevy’s, een streekproduct eigenlijk (uit de buurt van Werchter/Haacht), staan tegenwoordig met acht (jawel) man op het podium. Het mag dan ook niet verbazen dat hun sound heel wat volumineuzer klinkt dan dat we van hen gewoon waren. Vooral de twee blazers (sax en trompet) geven aan de band een gevoelige meerwaarde. En wat hun set zo interessant maakt, is het feit dat ze eigenlijk geen twee nummers van hetzelfde (deel)genre na mekaar spelen. Zo is er bijvoorbeeld rock-‘n-roll, funky R&B, swing, jump, een beetje Tex-Mex, wat swampblues, wat Louisiana, een streepje T-Birds en een snuifje Americana. De Chevy’s leveren een krachtige, volwassen en vooral interessant gevarieerde set af. Goed gedaan, mannen. Ook interessant en boeiend, zij het een beetje minder gevarieerd, is de… show, we kunnen het niet anders noemen, van pianowizz en oer-Big Town Playboy Mike Sanchez. ‘Hot’ boogiewoogie, 50’s rock, swing en rockabilly worden ons deel. Dit alles gespeeld aan een verschroeiend tempo, het handelsmerk van Mike. Ondanks het feit dat de man, naar eigen zeggen, ‘very ill’ is, geeft hij een show weg die iedereen, en hem vooral, naar adem doet happen. Ooit, in de tijd van de Big Town Playboys, was Mike een slanke en erg beweeglijke jongeman die nogal eens bovenop zijn piano wilde kruipen, maar dat zit er nu niet meer in. Mike heeft inderdaad nogal wat aan… volume gewonnen, maar de stem en het onnavolgbare pianospel, zijn handelsmerk dus, zijn er nog altijd. Wij hebben de Mike Sanchez show van de eerste tot de laatste minuut van dichtbij gevolgd, een teken dat het wel goed, heel goed, moest zijn. Maar toen moest het ‘grote kanon’ nog komen. Wie blues zegt, denkt, bijna automatisch, aan Mississippi of Chicago, of… Peer. Welnu, om de vrijdagavond in stijl af te sluiten, had de organisatie de Mike Wheeler Band, uit Chicago, uitgenodigd. Mike, geboren en getogen in bluesville Chicago dus, vertegenwoordigt van het beste dat de (Chicago)blues te bieden heeft. Van jazz naar rock, pop, en zelfs top-40, Mike beheerst het allemaal. Maar, zijn geweldige stem en dito gitaarspel roepen onmiddellijk de sfeer van de 'urban blues' op. Mike heeft ooit het podium gedeeld met Willie Kent, Koko Taylor, Buddy Guy, B.B. King, Jimmy Johnson en Shemekia Copeland. Omwille van zijn grote verdienste voor de blues werd hij in 2014 opgenomen in de Chicago Blues Hall Of Fame. Mike Wheeler is blues met een ‘funky’ randje en voor dat laatste zorgt dan weer de fenomenale en charismatische bassist Larry Williams. De Mike Wheeler Band brengt blues zoals blues hoort te klinken. Een fantastische set! Jean Bervoets
zaterdag Mogen we even een statement poneren? Zo voor de vuist weg en nog voor we goed en wel aan het verslagje van dag twee zijn begonnen? Wij – en dit is dus een louter persoonlijke visie – wij vinden de editie Swing Wespelaar 2016 veruit het meest veelzijdig geprogrammeerde bluesfestival in ons land, dit jaar. De programmatoren tonen respect voor de bluesliefhebbers in de ware zin van dat woord. Naast de traditionele blues besteden ze ook aandacht aan nieuwe stromingen in de blues, zonder weliswaar zelf het warm water te willen uitvinden en zelf te willen herdefiniëren wat blues is. We zouden haast schrijven dat we ons als bluesfan niet bekocht voelen, maar dat kan niet want Swing is gratis. Nog een reden te meer om de organisatoren onze welgemeende gelukwensen aan te bieden voor wat ze ons dit jaar presenteren. En dan nu dag twee... De Nederlander Ralph de Jongh 'zit' ergens in de helft van zijn set, wanneer we Wespelaar binnenstruinen. Terwijl we naar de behaaglijke dorpskom wandelen, denken we aan een liedje uit onze kindertijd: 'Zwarte Piet, wiedewiedewiet, ik hoor je wel, maar ik zie je niet'. Ja, okay, we gaan u niet lastigvallen met dit soort pseudo-humoristische hersenspinsels. Beloofd. Aangekomen bij het podium zien we iemand die er nog bleker uitziet dan hij klinkt. Akkoord, Ralph kan zingen en spelen, maar om een of andere reden gaat weinig bluesbezieling uit van de (hoofdzakelijk) klassieke covers die hij brengt. Wel heeft hij baat bij de aanwezigheid van een band rond hem, al slaat de vonk slechts over naar de eerste publieksrijen. Een iets groter bereik heeft Big Daddy Wilson. Misschien komt dat omdat hij – of zijn repertoire, liever – doet denken aan de 'work songs' en 'field hollers' van weleer. 'John The Revelator' is daar een mooi voorbeeld van. Zo'n nummers versterken het samenhorigheidsgevoel en nodigen uit tot meezingen. Big Daddy Wilson heeft een mooie warme stem en zorgt met stemmige liedjes voor interactie met zijn publiek. Roberto Morbioli van de Italiaanse band Morblus begeleidt super op gitaar, al koestert het publiek ook sympathie voor de diddley bow (éénsnarige zelfgebouwde gitaar) waarmee Big Daddy aan het einde van zijn set uitpakt. Ook de New Yorker Chris Bergson zorgt voor animo. Hij heeft sterke songs die ergens over gaan, hij is een bijzonder begenadigd gitarist en zijn enthousiasme werkt aanstekelijk. Ook wanneer halverwege zijn optreden een snaar knapt, bewaart hij zijn glimlachende cool en speelt hij onverdroten verder. Ja, het klinkt misschien een tikkeltje gepolijst (sommigen gebruiken hiervoor het synoniem 'blank') maar Bergsons moderne grootstedelijke blues in variërende tempo's illustreert perfect de evolutie van 'onze' muziek mét respect voor de oer-ingrediënten van het genre. Daarna is het de beurt aan wat zonder de minste twijfel de 'mooiste' act van het festival wordt. Hierover zijn de meningen onverdeeld. Ja, wij beschikken over het privé-e-mailadres van Nikki Hill, maar u krijgt het lekker niet... De vraag stellen hoe Chuck Berry anno 2016 zou klinken, is misschien ietwat ongepast. Berry leeft immers nog. Veel klank komt er echter niet meer uit. De frivole Nikki klinkt als een kruising tussen Berry en een Shirelle in overdrive. Als een kwieke hinde dartelt ze over elke vierkante centimeter van het podium. Daarbij schreeuwt ze haar songs – zowel eigen werk als bewerkingen van bekende retroklassiekers – over Wespelaar uit. Gitarist Matt Hill geeft zijn felbegeerde wijfjesdier de energie die haar muziek vereist. Nikki Hill... dat is altijd een feest! Jason Ricci dan. Velen keken reikhalzend uit naar deze show want het is alweer ettelijke jaren geleden dat deze virtuoze harmonicaspeler onze contreien nog eens aandeed. Excentriek? Ja! Zelfingenomen? Ja! En ondertussen is het donker geworden en staat Ricci wegens de ronduit manke belichting met zijn kop in het duister. Het licht schijnt op zijn witte doorkijkgewaad en de contouren van zijn klokkenspel blijken prominent zichtbaar. Doet Jason dit met opzet? Dat laten we in het midden. En neen, dit is geen woordspeling. Eén ding staat als een paal boven water – dit is wél een woordspeling – en dat is het onmiskenbare talent dat Jason op harmonica ten beste geeft. Op het kleine maar dappere instrumentje, die harmonica dus, behoort hij tot de top-5 ter blueswereld. Toegegeven, hij speelt niet altijd de pure blues. Maar wanneer hij vol inleving het harde muzikantenbestaan declameert, dan is hij de blues! Jason Ricci is op zijn eigengereide manier een zoveelste hoogtepunt van Swing 2016. Ondertussen heeft de verzengende zon plaats geruimd voor meedogenloze plensbuien. Het regent kattenjongen en onder de beschermende polycarbonaatplaten van de backstageruimte zoeken we troost in enkele glazen met Mike Wheeler. Ondertussen maakt onze andere Chicagobuddy Toronzo Cannon zijn opwachting. Als bij wonder houdt de regen op tegen de tijd dat Toronzo 'op' gaat. Gelukkig komt een groot deel van het publiek weer boven... water. Alsof ze schoorvoetend de shelter verlaten nadat de bom is gevallen, om te zien of de situatie weer leefbaar is. Door de regen is de kracht wat uit het poer, ook wanneer Toronzo de pin uit zijn granaat pleurt (wie zijn song 'The Chicago Way' kent, weet wat we bedoelen). Niettemin zet Cannon een gave prestatie neer en genieten nog honderden bluesfans van Toronzo's Chicagoblues versie 2.0. Opgelucht halen we adem. Er zit veel zuurstof in de lucht. Zeker op Swing 2016! Franky Bruneel
Zondag Het weer is op zondag niet echt uitnodigend. De bands zullen dan maar voor het ‘goede weer’ moeten zorgen, en in meer of mindere mate doen ze dat ook. Er staan een aantal interessante acts geprogrammeerd en wij zijn natuurlijk (razend) nieuwsgierig hoe zij het er zullen vanaf brengen, en in welke mate zij het trouwe Wespelaarpubliek tot een zekere vorm van extase, of opwinding, zullen weten op te zwepen. Dit is een beetje een te zwaar beladen zin, maar voor één keer… !? We hebben het woord excentriek opgezocht, en een paar synoniemen zijn: apart, eigenzinnig, bijzonder, ongewoon, vreemd, afwijkend. En al deze synoniemen zijn toepasbaar op Les Generals Jack, de band rond Marc Bodart en Bart Ieven, laten we maar zeggen. De ‘Generals’ maken het ons, recensenten, niet gemakkelijk want zij zijn een… avontuurlijke, experimentele band die een aantal genres mixt, maar toch altijd wel hier of daar raakpunten met de blues heeft. Zo horen we blues (jawel), rock, boogie, en een dikke streep reggae en ska. Hun set is zo interessant gevarieerd dat we wel verplicht zijn om te blijven luisteren tot het einde. Iets minder gevarieerd en experimenteel is de set van Meena Cryle & The Chris Fillmore Band. Meena, uit Oostenrijk, is, eerlijk is eerlijk, een degelijke zangeres, maar… haar accent is afschuwelijk. Als ze zingt, valt dat niet zo erg op, maar wanneer ze zich waagt aan een bindtekstje is het soms alsof we naar een Oostenrijkse versie van ‘Allo, Allo’ staan te kijken en te luisteren. Enfin, Meena is dus best wel een goede zangeres, maar soms wil ze het te goed, te ingeleefd, doen en dan ontaardt haar zang nogal eens in geschreeuw. Chris Fillmore is een (zeer) goede gitarist die veel naar Stevie Ray Vaughan heeft geluisterd, en daar is uiteraard niks mis mee. Hij houdt de set interessant genoeg om een vol uur te blijven luisteren. Wie dit jaar op Blues Peer was, heeft op zaterdag Eric ‘Slim’ Zahl & The South West Swingers waarschijnlijk wel horen en zien openen. In Wespelaar zijn de ‘European Blues Challenge’-winnaars weer van de partij. Een vol uur 'fifties- en sixties-rock', rockabilly, rock-‘n-roll, boogie, swing en jump wordt ons deel. Hun set is op een paar details na ‘krek’ dezelfde als die in Peer, met hetzelfde repertoire, dezelfde grapjes en grollen en het loopje door het publiek. Niet alleen Eric verzorgt de show, maar ook, en in een hoge mate, de hyperkinetische toetsenman Oystein ‘Boogieman’ Undem. Dit is een vermakelijke en lichtjes voorspelbare show, wegens onlangs nog geziene, maar voor wie er in Peer niet bij was, is dit een welgekomen traktatie. We hebben met welgemeende bewondering staan kijken en luisteren naar de set van Nora Jean Bruso & Luca Giordano Band. “I am the blues”, zegt Nora regelmatig en we moeten haar gelijk geven. Deze op en top 100% Chicagobluesdame (is wel afkomstig uit Mississippi) kreeg ons zover dat we soms vergaten een en ander te noteren. Nu worden wij, na al die jaren, niet zo heel snel meer omvergeblazen door een of andere act, maar Nora Jean slaagde daar wél in. Wat een stem! Wat een présence en wat een inleving! En wat een verschil met sommige ‘puppet-on-a-string’ zangeresjes die denken dat ze de blues kunnen zingen, maar niet meer doen dan een slechte imitatie brengen van ‘echte’ blueszangeressen, zoals Nora Jean Bruso. Nora Jean vertelt, songgewijs, soms met een lach, maar ook met een traan, haar hele leven, en dat is best ontroerend, de ‘real blues’, zeg maar. Nora wordt op magistrale wijze begeleid door de ongelooflijk fantastische gitarist, Luca Giordano. Wat die man allemaal kan! En geen gehussel met vijf verschillende gitaren. Eén gitaar is voor Luca voldoende. ‘Back to basics’, zouden we durven zeggen. Wat een geweldig bluesmoment in Wespelaar! Om het feest af te ronden had de organisatie The Music Maker Foundation Blues Revue uitgenodigd, een aantal oudere bluesiconen die de (halve) wereld rondtrekken om de blues te (blijven) promoten. Robert Lee Coleman, Albert White, Alabama Slim en Robert Finley mogen elk in een paar nummertjes bewijzen, als dat dan al nodig zou zijn, dat zij niet alleen blues spelen, maar ook de blues… zijn. Joe Burton (trombone) en ook bekend als ‘Lil’ Joe From Chicago praat het geheel aan mekaar. Het is niet allemaal even netjes en foutloos, maar dat heeft juist zijn charme en het is heerlijk om deze ‘oudjes’ zo enthousiast aan het werk te zien. The Music Maker Foundation Blues Revue is een waardige en ten volle geapprecieerde afsluiter van een, weeral, geslaagd Swing (Blues For The People) Wespelaar. Proficiat mannen, het was écht goed. Jean Bervoets
terug naar de index van de concert- en festivalrecensies
|
foto's: © Philip Verhaege en Franky Bruneel _____________________
|