|
||
|
De jonge veertigers Meena Cryle en Chris Fillmore uit Oostenrijk mogen het festival aanzwengelen. En dat zwengelen is in no time gebeurd. Hun ontstekingskaarsen, of bougies zo u wil, doen het uitstekend en het gezwinde stevige gitaarspel van Fillmore huisvest de verborgen turbo. We zijn geneigd om hun muziek onder de noemer bluesrock te catalogeren maar eigenlijk is dat niet volledig correct. Er is namelijk voldoende respect voor de traditie en Meena appelleert bijwijlen ietwat aan Janis Joplin. Ten tijde van Joplin bestond bluesrock nog niet. Dit soort muziek kleurde buiten de lijntjes en kaderde de dingen breder. Meena communiceert ook met het publiek en lijkt een verhaal te willen vertellen. Dat doet de doorsnee bluesrocker niet. Bovendien poneert Chris ook zeer gevatte solo's op de dobro en dat klinkt echt wel blues. De scepticus in ons heeft echter wat moeite met Meena's accent. Het Engels is duidelijk niet haar moedertaal en dat manifesteert zich vooral in quasi onverstaanbare bindteksten, maar - eerlijk is eerlijk - de energie in deze band komt vanuit de onderbuik en deze onderbuik heeft de blues. Dat ze enkele jaren geleden de European Blues Challenge hebben gewonnen en sindsdien een trouwe schare fans hebben bijeengesprokkeld, lijkt volkomen terecht. Met John Németh uit Memphis krijgen we de meer soulvolle variant van de blues. Als u nummer 61 van ons blad (juli 2007) nog heeft liggen, kunt u daarin een uitgebreid interview met de man lezen. We hebben het trouwens al vaak gehad over zijn uitzonderlijk soepele stem die tal van registers aankan, zijn behendig harmonicaspel en – niet in het minst – zijn songschrijverstalent. Zo beantwoordt het publiek hier enthousiast de 'call & response' van het nummer 'S.T.O.N.E.D', wat we eigenlijk het hoogtepunt van de set vinden. Vermeldenswaard is trouwens ook het vakmanschap van Némeths Franse begeleiders. Gitarist Anthony Stelmaszack excelleert veelvuldig in veelzijdigheid en variatie. Bassist Antoine Escalier glijdt schijnbaar moeiteloos over de hele lengte van de basnek maar ontaardt nooit in overvloed. De dragende, pompende sound primeert. En de klokvaste drummer Fabrice Bessouat is de bandleider, degene die Soul Shot (want zo heten ze) bij elkaar houdt en zo'n acht tournees per jaar uitwerkt met de betere namen uit de soul en blues. We staken trouwens in augustus al de loftrompet over deze jongens toen we hen in Wespelaar met Jimmy Burns en Jj Thames aan het werk zagen. Special guest is Kirk Fletcher die er ongeveer halverwege bij komt. Nu vinden wij Fletcher niet bepaald de meest opwindende gitarist in bluesland maar Stelmaszack steekt hem al duellerend een fusée in zijn gat en als het vuur al aan zijn schenen komt, kan Kirk niet anders dan mee met deze schitterende band een versnelling hoger schakelen. Dit is genieten! In de pauze snuiven we even de sfeer in de 'front porch-tent' op. Daar speelt tijdens de podiumwissels de Franse Ronan One Man Band. Zijn muziek voelt ietwat Mississippiaans aan. Hij heeft een goede, zware grommende stem maar zijn gitaarspel is te rudimentair om te boeien. Het woord 'rudimentair' is eigenlijk een verbloeming van het woord 'elementair' dat hier net zo goed, nog meer zelfs, van toepassing is. Zijn 'drumwerk' beperkt zich tot het in de maat meestompen op een kick. Echt heet krijgen we het er niet van maar de eerlijkheid wil ons al eens wat gebieden en we kunnen niet anders dan rapporteren dat de voortent bij elke pauze moeiteloos volloopt voor deze jonge Fransman. En dat een groot gedeelte van het publiek het wél kon smaken. Het is voor Haringe ook een prettig weerzien met Eugene 'Hideaway' Bridges. De 54-jarige wereldburger uit Houston,Texas is hier negen jaar geleden al eens triomfantelijk gepasseerd. Amper drie was hij, toen vader Hideaway Slim hem de blues en soul levertraangewijs indruppelde. “We gaan proberen om in dit uur een overzicht te bieden van 51 jaar muziekgeschiedenis zonder de woorden 'I Woke Up this Morning' uit te spreken”, zegt Bridges. Wij knikken instemmend en denken dat hij dat meent maar we zijn eraan voor de moeite. Hij heeft ons bij ons pietje want zijn eerste song is een krachtige shuffle die begint met de woorden 'I Woke Up This Morning' en, erger nog, deze woorden zelfs als titel draagt. Feit is wel, dat Eugene in hoofdzaak eigen werk speelt en bovendien ook een eigen stijl heeft. We houden van de zeer melodieuze gitaarfraseringen die hij naadloos aaneenrijgt. Daar is het nummer 'In Your Arms Tonight' een mooi voorbeeld van. We vergapen ons aan de bassist. Net zoals Fabrice daarnet bij John Németh, glijden ook deze vingers langs de hele basnek. Maar deze vingers pakken onderweg dan nog eens een volle camion noten mee. Deze jongen is verdorie een tovenaar! Door de jaren heen is Eugene een tikkeltje kolossaler en iets minder mobiel geworden, maar muzikaal kan hij het nog steeds. Zijn mix van Texasblues en southern soul doet het goed. Die stijl mocht hij eigenlijk best wel aanhouden, maar in de tweede helft van de set speelt hij – ons inziens – net iets teveel trage nummers. Zac Harmon sluit Blaublues 2017 af. Ook over deze jonge zestiger uit Jackson Mississippi – maar nu woonachtig in Arlington, Texas – hebben wij het al uitgebreid gehad in ons tijdschrift. In BTTR 94 (maart 2015) kunt u ons interview met hem vinden. Harmons set begint nogal hilarisch. Tot drie keer toe begeeft de keyboardstand het. De toetsenman poogt verder te spelen met het keyboard op zijn knieën en telkens de 'stage crew' het zaakje voor elkaar heeft, zakt het zootje weer naar beneden. Zac Harmon wil een song opdragen aan alle mannen in het publiek, ouder dan vijftig. Het is hem niet onmiddellijk gegund en dus begint hij maar ter plaatse een niemendalletje te improviseren tot het keyboard eindelijk stabiel bespeelbaar is. Dolle pret alom, en zeker wanneer Zac uiteindelijk aankondigt dat het tijd is voor het serieuze werk en 'The Blue Pill Thrill' inzet. Met Chris Gipson heeft ook hij een zwaarwichtige bassist in de rangen. We weten niet waaraan het ligt, maar de laatste tijd gaat onze aandacht nogal vaak uit naar de ritmesecties. Gipson is geen snelheidsduivel, maar legt liever een degelijke grondlaag en draagt qua mimiek en présence ook bij aan de kolderieke sfeer op het podium. Zac Harmon staat synoniem voor muzikaal-technisch sterk werk, meesterlijk songschrijverschap, een prima communicatie met het publiek én intelligente humor. Hij houdt het publiek tot aan het einde van de set bij de les en dat is op festivals als dit echt wel een zeldzaamheid. Blaublues 2017, de enige achttiende editie van dit bluesfeest, was subliem. Elke act was anders. Qua stijl en sfeer waren er geen overlappingen. Van verveling – om eens een heel lelijk woord te gebruiken – was er dus geen sprake. En mogen we eens eindigen met een hele droge? Ja? Wel, zelfs hét modewoord van dit ogenblik is eveneens van toepassing op Blaublues. Naar schatting kwam ongeveer een derde van het publiek uit het zeer nabijgelegen land van du pain et du vin. Er viel dus nogal wat grensoverschrijdend gedrag te noteren... Franky Bruneel
terug naar de index van de concert- en festivalrecensies
|
foto's: © Franky Bruneel _____________________
|