|
||
|
De groten der bluesaarde zijn er niet meer en wie nog leeft, kan geen Maas, laat staan de Nile-hal vullen. Het zij zo. Dit jaar staat de Amerikaanse zangeres Michelle David op ieder festival van enig belang, zelfs in Raalte tijdens Ribs & Blues. Vandaag is haar Nederlandse band uitgebreid met drummer Bas Bouma en de blazerssectie The Jackthorns. Het is niet de gospel, die we later horen van Mavis Staples, maar klassiekers als 'Didn’t It Rain' en slotnummer 'The Soldier' worden net als de rest van de nummers overgoten met een popsaus. De overvolle tent smult ervan. Dan is het wachten op Mavis Staples, een van de laatste groten der gospel. Drie jaar geleden viel het optreden lichtelijk tegen. Mavis kwam vermoeid over en moest zelfs een rustpauze inlassen, waardoor Rick Holmstrom (gitaar), Jeff Turmes (bas) en Stephen Hodges (drums) lieten horen wat voor goede musici zij zijn. Mavis neemt nu geweldig revanche. Zij bouwt rustpunten in om te vertellen over de Staplesfamilie, waarvan zij de laatste overlevende is en over de beweging voor gelijke burgerrechten in Amerika: The Staple Singers waren daar het symbool van. Vanmiddag valt alles goed, het geluid, het licht in de tent en het belangrijkste gegeven, de band onder aanvoering van Mavis. Haar ietwat schorre stem is formidabel, mede door de thee, die ze af en toe tot zich neemt. In vijf kwartier komt zeventig jaar Amerikaanse rootsmuziek door in de tent, met natuurlijk ook de evergreens ’Respect Yourself, ‘Freedom Highway’ en ‘I’ll Take You there’. Ondanks het vele roepen om een toegift is het na vijf kwartier definitief voorbij en laat Mavis een dolgelukkige tent achter. De mensen die blijven zitten om Doyle Bramhall II te zien, laten het na enkele nummers afweten. Velen verlaten de tent om te kijken of er nog iets anders naar hun gading is. Zanger-gitarist Doyle weet het publiek niet aan zich te binden ondanks zijn mooie gitaarsolo’s. Hij heeft amper contact met de aanwezigen. De mensen mogen een glimp opvangen van het optreden in de oefenruimte. Jammer voor hem, maar hij is gewoon op de verkeerde plaats. Wie wel op de juiste plek zijn? Veteraan Taj Mahal, die al sinds de jaren zeventig op het NSJ stond en Keb Mo. Door hun gezamenlijke project TajMo, was dat voor de programmeurs de reden om ze naar hier te halen. Helaas viel het optreden enigszins tegen. De reden? Het vele wisselen van de gitaren, waardoor de vaart uit het concert gaat, een houthakker als drummer en het slechte geluid. De dochters van Mahal als achtergrondzangeressen en de saxofonisten waren bijna niet te horen. Mensen die vanaf de Congo square het concert volgen, zien het eerste half uur alleen maar beeld en missen het geluid. Binnen is het vooral genieten wanneer Taj en Keb samen akoestisch 'Queen Bee' en 'Moving To The Country' doen. Van hun gezamelijke cd voeren ze enkel ‘Don’t Leave Me Here’, That’s Who I Am’ en ‘Divin’Duck Blues’ uit. Aangezien zij de avond in de tent afsluiten, komt de enige toegift van vandaag, het nummer ‘Soul’. Henk Demper
terug naar de index van de concert- en festivalrecensies
|
foto's: © Bert Lek _____________________
|