|
||
|
In
2014 waren we voor het laatst in Porretta. In
2005 voor het eerst. Het voelde aan als
thuiskomen, het was tenslotte al onze achtste
keer. De gemoedelijke sfeer overheerste nog
altijd in het charmante stadje. Overal waren
er vriendelijke mensen in de lokale handel die
zoals altijd hun steun betuigden aan het
Porretta Soul Festival door hun etalages in te
richten met reclame voor en/of memorabilia van
vorige festivaledities. Het festivalterrein
lag nog steeds in het amfitheater (het Rufus
Thomas Park) tegenover het station aan de
andere kant van de Solomon Burke-brug. Nieuw
waren de ontelbare muurschilderingen met
afbeeldingen van soullegendes die hier ooit op
het podium stonden. Het oude kuuroordstadje
Porretta Terme is voorgoed omgetoverd in
Soulsville Europe! donderdag
21 juli Op donderdag is er
altijd de ouverture van het festival, voorheen
gratis, nu betalend. Het is drukker geworden.
Dat was duidelijk. Drie acts stonden
geprogrammeerd: Leon Beal & The Luca
Giordano Band, Martha High & The Italian
Royal Family en Fred Wesley & The New JB's.
Het thema van de avond was James Brown.
Duidelijk dat daar Fred Wesley perfect
in paste. Zijn set kwam door té jazzy en
misschien wel té gesofisticeerde songs maar
traag op gang. Hij kreeg het publiek pas mee in
de tweede helft van zijn show met
funkklassiekers als 'Trick Bag' en 'Breaking
Bread' dat feilloos overvloeide in 'Pass The
Peas'. En uiteraard konden 'We Gonna Have A
Funky Good Time' en 'House Party' niet
ontbreken. Het publiek was helemaal mee. Martha High was
dertig jaar achtergrondzangeres bij James Brown,
op zich al een enorme prestatie. Ze heeft een
bijwijlen zeer volumineuze, anderzijds zeer
scherpe stem. Ze is ondertussen al 77 jaar! Ze
putte uit haar laatste album uit 2019 met
uitsluitend nummers, geschreven door Luca Sapio,
producer/bandleader/achtergrondzanger van sterke
band The Italian Royal Family. De muziek is te
omschrijven als een mengeling van Isaac Hayes en
Curtis Mayfield, met jaren zeventig klinkende
arrangementen. Het sierde Martha dat ze stug
koos voor het brengen van dit misschien iets
minder toegankelijk repertoire. Ze kreeg
daardoor jammer genoeg niet de volle aandacht
van het aanwezige publiek. Als toegift en in het
kader van het thema van de dag, brachten ze een
duidelijk niet gerepeteerde versie van James
Browns 'Cold Sweat'. Daarbij werd Fred Wesley
uiteraard gevraagd om nog wat trombone mee te
blazen. Een sterke afsluiter van de eerste
festivaldag. Maar het hoogtepunt
kregen we al aan het begin van de avond met
zanger Leon Beal uit Boston en de
Italiaanse Luca Giordano Band. Luca
kennen we natuurlijk goed. Hij begeleidde zowat
alle blues- en soulartiesten die in Europa
toeren. Op papier kon het eigenlijk al niet stuk
en live werd het een echt feest. Leon knalde er
meteen in met Bobby Blands 'Don't Cry No More’,
Billy Prestons 'Will It Go Round In Circles' en
een vurige versie van Solomon Burkes 'None If Us
Are Free'. Sam Cookes 'Ain't That Good News'
swingde de pan uit. Wat een band!! En Bobby
Blands 'Turn On You Lovelight' vlamde door het
oververhitte amfitheater. Kippenvel en een brok
in de keel kregen we bij een dynamisch
magistrale versie van 'A Change Is Gonna Come'
en het door Beal zelf geschreven 'Still Here',
over zijn vijftien jaar durende
drugsverslaving'. Maar het emotionele hoogtepunt
was het kippenvelmoment 'The Glory Of Love' van
Otis Redding! Vrijdag
22 juli Op vrijdag trok de
Madrileense band The Black Belts de
soultrein op gang. Samen met de Londense zanger
JP Bimeni brachten ze popsoul van de
bovenste plank. Op die plank lagen ook wat
Caraďbische invloeden. Hun origineel werk liet
de speciale stem van Bimeni volledig tot z'n
recht komen, een stem die Curtis Harding,
Michael Kiwanuka en Ben Harper kruiste. Ergens
in deze mooi opgebouwde set zat een zeer
respectabele versie van 'Keep On Runnin'
(Spencer Davis Group) waarna de set Otis
Redding-gewijs naar een climax in overdrive
schoot. Een naam om zeker in de gaten te houden! Het was eindelijk
tijd voor de soulrevue: The Anthony Paule
Soul Orchestra onder leiding van gitarist
Anthony Paule, Amerikaan met Italiaanse roots.
De eerste gast was pianist Mitch Woods.
Hij verwende ons met een prachtige versie van
Professor Longhairs 'Mojo Mambo'. Hij voerde ons
terug naar de jaren veertig met 'Swinging At The
Savoy' en de stomende boogiewoogie 'The House At
The Blue Lights'. Vervolgens kregen de drie
backingvocalisten, Omega Rea, Nona
Brown en Larry Batiste hun
plaatsjes in de spotlights. Batiste maakte
indruk met een nummer dat hij schreef voor Wee
Willie Walker zaliger, 'Real Good Lie'. Samen
bezorgden ze het publiek kippenvel met het
driestemmig gezongen 'Just One Look' van Doris
Troy uit 1963. Zo vader zo zoon of de appel valt
niet ver van de boom. Selassie Burke uit Los
Angeles was het volgende vocaal talent. Na
gedurfde en vurige versies van Otis Reddings
'Sitting On The Dock Of The Bay' en 'Try A
Little Tenderness', bracht hij een eerbetoon aan
zijn vader, Solomon Burke, met een sublieme
versie van 'Don't Give Up On Me' en het bekende
'Cry To Me'. Na een hoognodige
sanitaire pitstop en een bezoekje aan de bar om
het vochtgehalte op peil te houden, was het de
beurt aan niemand minder dan John Ellison.
Deze Amerikaanse Canadees schreef in 1967 de
wereldhit 'Some Kinda Wonderful', een nummer dat
bijna negentig keer werd gecoverd. Deze
80-jarige zanger verbaasde met een zeer
energieke en muzikaal hoogstaande set. Vol vuur,
passie en emotie vertolkte hij eigen werk met
veel charisma. Dit was soul, doordrongen van
funk, ska en reggae met niet alledaagse
arrangementen om van te genieten. Als encore
koos Ellison uiteraard voor 'Some Kinda
Wonderful' dat hij voor de gelegenheid, geheel
onverwachts in duet zong met een blind 15-jarig
meisje, Gloria dat hij dezelfde namiddag tijdens
de soundcheck had leren kennen. Prachtig, wat
een kerel! Als er iemand is die
met respect, overtuiging en kwaliteit de songs
van Aretha Franklin kan vertolken, is het wel Chick
Rodgers. We zagen haar zeker niet voor de
eerste keer, maar telkens blijft ze verbazen. We
kregen een viertal Aretha-nummers waarvan
'Natural Woman' voor kippenvel en waterige ogen
zorgden. Wat een power, wat een souplesse, wat
een beheersing en vooral wat een emotie! Met
'Let The Good Times Roll' als publieksmomentje
en een pompende versie van B.B. Kings 'To Know
You Is To Love You' sloot ze vurig haar set af.
Tijdens het bisnummer 'Chain Of Fools' danste
het volledige publiek. Chick kwam, zag en
overwon opnieuw! Zaterdag
23 juli Zoals
gewoonlijk stond er in de hoofdstraat die
volledig gevuld is met soulfoodkraampjes opnieuw
de Rufus Thomas Cafe Stage. Op dit podium treden
gedurende de vier festivaldagen, Italiaanse en
soms buitenlandse soulacts op. Soms geven de
artiesten van het hoofdpodium er een 'sidegig'.
De concerten beginnen al om elf uur, lopen tot
een uur voor de avondvoorstelling en zijn
gratis. Op zaterdag 23 juli traden Mitch
Woods en Selassie Burke er op.
Mitch speelde boogiewoogie en rhythm and blues.
Samen namen ze de vocalen voor hun rekening. Ze
hadden lol en dat sloeg over op het publiek. Een
lange versie van Fats Domino's 'Blue Monday'
sloot hun set af. Iets later was het de beurt
aan de Ierse toetsenwizard Eamonn Flynn,
de man die bekend werd door de film The
Commitments en nu in de begeleidingsband van
Anthony Paule de piano en Hammond voor zijn
rekening neemt. Samen met zijn twee makkers,
Endré Tarczy op bas en Kevin Hayes op drums,
bracht hij een set van een uurtje vol New
Orleans-geďnspireerde muziek. Met nummers van
Allen Toussaint, Dr. John, het zelfgeschreven
'Porcupine' en de Donny Hathaway-versie van John
Lennons 'Jealous Guy' wist hij de harten van de
omstaanders te veroveren. Het avondprogramma
beloofde veel goeds. Johnette & Scott
bleken niemand minder dan topproducer Scott
Billington en zijn vrouw te zijn. Scott speelde
harp en Johnette zong en begeleidde op de
ukulele. We gingen terug in de tijd. 'When I Lay
My Burden Down', 'Leadbelly's 'Goodnight Irene'
en 'Nobody Knows My Trouble With God'. Met de
hulp van Nona Brown en Larry Batiste sloten ze
hun korte set af met een driestemmig gezongen
'Jesus On The Mainline'. Curtis Salgado
is geen onbekende meer. Met zijn half
Amerikaanse - half Europese band (o.a. drummer
Fabrice Bessouat) maakte hij er met sterke
nummers en grappige bindteksten een feestje van.
Er zijn niet veel blanke zangers die zoveel soul
in hun stem en muziek leggen als Curtis! Zijn
set was gevuld met nummers, geďnspireerd door
B.B. King, Sly Stone en Memphis-soul. Een
grappig New Orleansnummer over Caesar en
Cleopatra en een sublieme versie van O.V.
Wrights 'Born All Over' waren een lust voor het
oor. Met het van waarheid doordrongen 'The
Longer That I Live' sloot hij zijn formidabele
set af. Het was tijd voor
deep soulzanger Larry Springfield uit
Memphis. Zijn gedreven set bestond uit werk van
Johnny Taylor, Otis Redding en vooral Al Green.
Zijn hoofdschudden en voortdurend boze
aanwijzingen geven aan de begeleidingsband waren
vaak onterecht, want de band bracht Larry naar
een orgastisch hoogtepunt. Tyrone Davis' 'Turn
Back The Hands Of Time, 'Love Power' van Willie
Hutch, een uptempoversie van Johnny Taylors
'Steal Away' en het eerste kookpunt van de avond
werd bereikt. Otis Reddings 'Try A Little
Tenderness' was de kers op de taart. En toch
keek Larry nog altijd ontevreden. Na de
break was het de beurt aan diva Terrie Odabi.
(Ze zal zondag 21 augustus ook te zien zijn op
Swing Wespelaar). En als we dachten dat Larry
Springfield niet te overtreffen was, hadden we
toch degelijk mis geschoten. Terrie gooide alle
registers open en met een gedurfde songkeuze
pakte ze ons volledig in! Wat een stem, die
power, dat bereik, die présence. Alles klopte.
Odabi putte uit werk van The Staple
Singers, Bobby Bland en Freddie King. Maar de
hoogtepunten kwamen toch van haar laatste album
en het voor Wee Willie Walker geschreven 'Hate,
Take a Holiday', de ballade 'After Awhile' en
het wervelende en ronduit spectaculaire
'Nobody'! Dit overtreffen was onbegonnen werk
voor de Texaan Ernie Johnson. Hoewel zijn stem
misschien wel de schoonheid van Bobby Bland
nastreefde, kon alleen zijn charme en
showmanschap zijn set redden. Zijn muziekkeuze
bleef steken bij pompende, vrij saaie bluesoul
die het moest hebben van publieksparticipatie en
eindeloze herhaling. Hij kwam meestal niet
verder dan de eerste strofe en vergat de rest.
Zijn opmerking "I'm Tired, I'm too old for
this" sprak misschien boekdelen... Zondag
24 juli De
zondag startte na een heerlijk ontbijtje om 11u
met een gospelconcert van het Italiaanse Joy
Gospel Choir op de trappen van de
plaatselijke kapucijnenkerk. Een uur lang
mochten we genieten van oude en moderne gospel
met speciale gaste Nona Brown. De
stemmen klonken goddelijk! Onmiddellijk daarna
trokken we naar het Helvetia hotel ernaast waar
op het terras de aanwezige pers en gasten
verzamelden voor de boekpresentatie van 'Making
Tracks', het autobiografische werk van
topproducer en grammy-winnaar Scott
Billington. Hierover en over het Porretta
Soulfestival meer in een volgende editie van ons
tijdschrift. Het
avondprogramma is altijd een samenvatting en
soulrevue met de hoogtepunten van de afgelopen
dagen. Erg leuk is dat de muzikanten vaak nieuwe
nummers toevoegen aan hun set. Zo knalde Curtis
Salgado met 'What Did Me In, Did Me Good' met
een spetterende solo van de Parijse
Hammondspeler/pianist Damien Cornelis. Mitch
Woods had voor de gelegenheid drie koppels
rock-'n-rolldansers bij. Omega Rae, Nona Brown
en Larry Batiste warmden het publiek verder op
waarna Larry Springfield enkele hoogtepunten
richting publiek katapulteerde met Reddings
'Hard To Handle' en 'Try A Little Tenderness'. Na de pauze probeerde
Ernie Johnson 'Dreams To Remember' en eerde
Sesasse Burke zijn vader samen met Master Of
Ceremonies Rick Hutton toen ze 'Everybody Needs
Somebody' zongen. Terrie Odabie bracht het feest
weer op gang met het funky en veelzeggende 'Love
Trumps Hate' en John Ellison, in witte Mozes
outfit – zo grapte Ernie Johnson die namiddag
nog, liet het hele amfitheater daveren met 'Get
This Party Started' en Sly Stones 'Thank You For
Lettin' Me Be Myself'. Chick Rodgers had daarna
een zware taak om dit te evenaren. Maar ze
overtrof het moeiteloos met onder andere
Aretha's 'Ain’t No Way' in een emotionele,
dampende versie. Natuurlijk
moesten alle artiesten tegelijk het podium op
voor de apotheose van een extatisch soulweekend
met 'Let The Good Times Roll' en het vurige
gospellied 'Did You Talk To Jesus' waarin de
80-jarige John Ellison de leiding nam. Volgend
jaar is het de 35ste editie van het Porretta
Soul Festival. Dat mogen we niet missen! Peter Jacobs & Linda Marchesini terug naar de index van de concert- en festivalrecensies Naast de concert- en festivalverslagen op deze website is Back To The Roots sinds 1995 het meest complete en veelzijdige tijdschrift voor blues en verwante muziekstijlen. Vijf keer per jaar brengen we u nieuws, achtergrond, interviews, reportages, cd- en dvd-recensies, boeken, de meest complete blueskalender, enz... Nog geen abonnee? Klik hier voor meer info.
|
foto's: © Peter Jacobs
|