          

|
Swing Wespelaar
Dorpsplein, Wespelaar - 18, 19 en 20 augustus
2023
Eén keer per jaar trekt de hoogmis in
Wespelaar, een zakdoekdorp in de Brabantse
Kempen, duizenden bezoekers. Voor de 35ste
keer al is het dorpsplein het decor voor Swing
Wespelaar, het festival dat onder het motto
'Blues for the people' een kwalitatief aanbod
aan bluesacts gratis en voor niets tot bij een
trouwe schare aanhangers brengt. Swing
Wespelaar is geëvolueerd van een gezellig
gebeuren met enkele lokale bands naar het
meest toonaangevende bluesfestival van dit
land. Van heinde en verre komen ze
tegenwoordig afgerezen. Jawel, afgerezen. Van
het werkwoord afrijzen. Naar beneden rijzen
dus. Want het concept, de gemoedelijke sfeer,
de samenhorigheid onder bluesliefhebbers en de
connectie tussen publiek en artiesten is er
down to earth. Back to basics als het ware,
want de blues als bindmiddel volstaat. Dit
jaar ontmoeten we er vrienden uit Ierland en
Denemarken die speciaal voor Swing Wespelaar
zijn afgerezen. Dié reputatie heeft het
festival inmiddels. Drie dagen lang worden we
ondergedompeld in een bluesbad waarin variatie
het sleutelwoord is. Achteraf de veren glad
strijken doe je niet in één, twee, drie...
vrijdag
18 augustus
In elke bijt zit al
eens een vreemde eend, maar vandaag komt die al
heel vroeg opduiken. Om 19 u. mag de jonge
Zuid-Belg Thomas Frank Hopper het
festival openen. De presentator heeft het over
een nieuwe Waalse bluesrocksensatie. De
lapsteelgitarist beheerst zijn instrument quasi
feilloos, zijn heldere stem scheert hoge toppen
en alle groepsleden spreken geroutineerd
dezelfde klankentaal. Met bluesrock – laat staan
met blues – heeft deze muziek echter geen
uitstaans. Wij zijn geneigd om het punkrock te
noemen, maar we horen ook de term progrock
rondzoemen. Iemand vergelijkt de zang met die
van Bon Jovi en eigenlijk is dat zo gek nog
niet. Als u ons vraagt of dit goede muziek is,
of eigentijds, of origineel, dan willen wij dat
beamen. Maar wat ons betreft, hoeft deze frisse
wind niet noodzakelijk in bluesland te waaien.
Dit is niét het soort vernieuwing dat de blues
nodig heeft.
Met veertig winters
op de teller is ook de Duitse zanger-gitarist Henrik
Freishlader nog een jonkie in de blues.
Maar wel een productief jonkie. In 17 jaar tijd
bracht hij evenveel cd's uit, waarvan het gros
op zijn eigen label Cable Car Records. Als we u
vertellen dat hij o.a. Gary Moore, Peter Green
en Albert King als invloeden noemt, dan begrijpt
u meteen dat dit een gitaarmens is. Een
klankmens. Hij speelt hier met de klassieke
bezetting van een bluesrockkwartet: zang/gitaar,
bas, drums en Hammond. Gesofisticeerde bluesrock
wordt ons deel. Henriks muziek is loepzuiver,
perfect uitgebalanceerd en bijwijlen wat
jazzgetint. Voor gitaarliefhebbers is dit
smullen geblazen. Opvallend is dat Henrik de
hele tijd met zijn rug naar het publiek staat te
soleren. We gaan ervan uit dat de stage crew hem
vergat diets te maken dat het festivalterrein,
met inbegrip van het podium dus, omwille van
organisatorische redenen 180 graden is
gedraaid...
Het is kwart voor
elf en Joe Louis Walker mag op. We
vinden het eigenlijk straf dat de organisatoren
hem uit de plan-b-doos hebben geschud, enkele
luttele dagen nadat Popa Chubby onlangs had
afgezegd. De nu vijfvoudige Grammy-winnaar
verraste ons in 1986 ook al met zijn debuutalbum
'Cold Is The Night' en vooral dan de titelsong.
Wij vonden dat toen een frisse en jonge versie
van Robert Cray – stilistisch zijn ze aan elkaar
gewaagd en ze hadden beiden Dennis Walker als
producer – maar eigenlijk is JLW ruim drie jaar
ouder dan Cray. Dit terzijde. We genieten van de
mooie, vaak meerstemmige zang en de pure
authenticiteit van Walkers muziek. “It's me,
I'm the blues”, zingt hij, “I'm the
old friend you'll meet again and again and
again...” Uit zijn mond klinkt dit écht en
als pleidooi voor de onsterfelijkheid van de
blues kan dit tellen. Ook op gitaar is JLW op
zijn 73ste nog steeds verbazingwekkend goed. Het
publiek slikt zonder ook maar een beetje
weerspannigheid wat de meester hen inlepelt. Wat
een mooie afsluiter van de eerste festivaldag!
zaterdag 19
augustus
Het is halftwee in de
middag en we hebben net een
frikandel, bitterballen en
friet achter de kiezen
gestouwd. 'Gekend voor de
grote porties' schreeuwt
het opschrift op het
frituurvenster. Om naar
schatting 628 gram korte dunne
krakelingen te laten doorgaan
voor een klein bakje friet
moet je – vinden wij – geen
specialist zijn. Om goede
friet te bakken volgens de
regels van de kunst wél. Maar
goed, we verzoenen ons met het
feit dat festivalweekends
doorgaans niet bol staan van
de culinaire hoogstandjes. En
we zijn hier trouwens voor de
muziek.
Onze
noorderburen lopen
tegenwoordig hoog op met hun
jongste bluessensatie Luther's.
Zanger-gitarist Lothar
Wijnvoord (27) heeft de liefde
voor de blues geërfd van en
zijn eerste ervaring opgedaan
bij Robbert Fossen. Dat maakt
ons benieuwd, want Robbert
staat voor oerdegelijke
Chicagoblues. Bij het begin
van de set krijgen we
'opgefunkte' versies van 'Hide
Away' (Freddie King) en 'If
You Love Me Like You Say' (why
do you treat me like you do).
We vinden Lothars zang eerder
matig maar we houden van wat
hij conceptueel met deze
nummers uitspookt en hij
speelt niet onaardig gitaar.
We vinden het wel een
tikkeltje jammer dat hij
nauwelijks contact zoekt met
het publiek en naarmate het
optreden vordert, krijgen we
de indruk dat alles (teveel)
draait rond de (te) lang
uitgesponnen gitaarsolo's. Wél
aanstekelijk is het
spelplezier en de lach op de
snuiten van de broertjes Joost
en Daan Tonies,
respectievelijk op slaggitaar
en bas.
Er zijn ook
oosterburen. Met Muddy
What? krijgen we de
winnaars van de German Blues
Challenge 2021 voorgeschoteld.
Vorig jaar haalden ze de
finale van de European Blues
Challenge en de halve finale
van de International Blues
Challenge in Memphis.
Verwonderlijk is dat allemaal
niet want wat broer Fabian
(zang/gitaar) en zus Ina Spang
(gitaar/mandoline) ten gehore
brengen, vinden wij toch wel
bijzonder fris en jeugdig. Ze
blazen nummers van o.a. Son
House en Muddy Waters nieuw
leven in met originele,
spitsvondige arrangementen én
ze brengen ook heel wat eigen
werk. We vinden de vibrato in
Fabians stem eigenlijk wel
leuk en zijn liefde voor de
blues blijkt uit zijn haast
bezwerende gelaatsuitdrukking
wanneer hij de nummers bij het
publiek introduceert. Het is
echter zus Ina die zich als
het prijsbeest ontpopt. Ze is
een gedegen leadgitariste maar
ze bespeelt evenzeer de
toeschouwers. Haar rollende
ogen in dat guitige snuitje
tussen die prachtige
leeuwenmanen zijn verdorie
echte magneten. Het duo Spang
laat zich enkel nog
vergezellen door een drummer.
Vandaag is dat BluesBone Jens
Roelandt die de vaste drummer
Michi Lang voortreffelijk
vervangt. Graag willen we
Muddy What? adviseren om een
vacature voor een bassist te
plaatsen. Die zou hun muziek
misschien nog wat extra body
kunnen geven en voor fraaie
homoioteleutonnen zorgen als
zijn naam ook op 'ang'
eindigt...
Het is halfvijf
en de Britse zangeres Kyla
Brox, dochter van wijlen
Victor, is aan de beurt. In
2019 won ze de European Blues
Challenge. Eén van haar
nummers heet 'Sensitive Soul'
en dat typeert als het ware
best waar Kyla voor staat. Met
een geweldig beheerste
stemvibrato vertolkt ze
gevoelige blues en soul. Haar
optreden verloopt 'smooth' en
'mellow' en we horen
verschillende mooie unisono's
tussen gitaar en bas. Een
sterk moment is wanneer Kyla
een emotioneel eerbetoon
brengt aan haar pa die zes
maanden geleden bezweek aan de
gevolgen van kanker.
Naar het
optreden van de 67-jarige
harmonicavirtuoos Mark
Hummel uit de San
Francisco Bay Area keken we
reikhalzend uit. Eén, omdat
wij een lekker potje harmonica
wel lusten. Twee, omdat Mark
Hummel de dag van vandaag op
dat vlak echt wel tot de
wereldtop behoort. En drie,
omdat hij hier wordt begeleid
door het Finse Tomi Leino Trio
en laat dit nu net één van
onze favoriete Europese
bluesbands zijn. 'I'm Hooked'
klinkt net zo dartel en
overtuigend als toen het in
1979 nog kakelvers was. Hummel
krijgt moeiteloos de
publiekshandjes op elkaar. Hij
is ronduit schitterend in
'Blues Stop Knocking At My
Door'. Dit nummer is
geschreven door Jay Miller en
oorspronkelijk in de fifties
opgenomen door Al Ferrier maar
Mark brengt het hier in de
veel bekendere versie van Lazy
Lester. Het publiek gaat uit
z'n dak en dat komt omdat Mark
Hummel laat horen wat
bluesliefhebbers op een
bluesfestival willen horen,
namelijk blues. Hij laat ons
al even voorproeven van een
Otis Rush-nummer dat hij zopas
voor een volgend album heeft
opgenomen met Wes Starr op
drums en Jr. Watson als
gitarist. Dat belooft, al
speelt Tomi Leino zich hier
ook meermaals in de
belangstelling. In 'She Got
It' klinkt hij écht wel als
Muddy. Toeval bestaat niet,
beweert men weleens. Welnu,
aan het eind van zijn set
speelt Mark Hummel 'The
Creeper Returns' van Little
Sonny, de Detroit-veteraan die
we in juni interviewden en die
op de cover van de
nieuwe Back To The Roots
prijkt. Graag verwijzen we ook
naar BTTR
118 (december 2021) voor
een uitgebreid interview met
Hummel.
De avond begint
te vallen, wat ertoe leidt dat
de artiestensnufferds iets
minder het felle zonlicht
moeten trotseren. De Texaan Jonn
Del Toro Richardson is
de eerste die dit voordeel te
beurt valt. Ook hij zet een
zeer fraaie set neer. We
krijgen een aantal songs uit
zijn cd 'Tengo Blues' uit 2015
en maken ons daarbij de
bedenking dat het misschien
stilaan tijd wordt voor een
opvolger. Richardson heeft
Mexicaanse roots en die
schemeren af en toe door in
zijn muziek. Dat geeft zijn
blues een apart trekje. Zijn
zang en gitaarspel zijn
bijzonder beheerst en ook hij
heeft het publiek helemaal aan
zijn kant. Jonn is een man van
weinig woorden en groteske
allures zijn aan hem niet
besteed. Maar hij maakt een
warme en vriendelijke indruk
en zijn muziek spreekt voor
zich.
Het is kwart
over negen en programmatorisch
lijkt dit het geschikte
tijdstip om het segment
bluesrock aan te boren. Dat
gebeurt met de Brit Laurence
Jones (31). Uiteraard is
er een publiek voor deze
snoeiharde variant van de
blues, maar onze koude kleren
raakt het geenszins. We hebben
het niet zo voor deze overdaad
aan decibels en nogal zielloze
noten.
Je moet het als
organisator maar durven:
iemand die hier nog totaal
onbekend is als headliner van
een zeer respectabel
bluesfestival zetten. Maar de
programmering van de Keeshea
Pratt Band is een
berekend risico, of zelfs
helemaal geen risico. We
hebben onze lezers in BTTR
108 (februari 2019)
uitgebreid laten kennismaken
met deze wervelwind uit
Houston, TX en de jongens van
Wespelaar hebben haar ook aan
het werk gezien op het Chicago
Blues Festival. Nu moet enkel
nog het Europese publiek
worden overtuigd en dat loopt
hier absoluut van een leien
dakje. Bassist Shawn Allen
leidt met strakke hand de al
even strakke band en loodst
Keeshea door alle mogelijke
deelgenres van blues en soul.
En of het nu Mississippiblues
dan wel Texasblues is, een
trage of een uptempo, het
maakt allemaal geen moer uit.
De leading lady zelf houdt het
hele optreden het publiek bij
de les én in haar ban. We
vallen van de ene verrassing
in de andere. Zo is er
bijvoorbeeld een medley in New
Orleans-stijl waar Keeshea 'My
Toot Toot' (Denise LaSalle)
naadloos laat overvloeien in
'My Babe', normaliter een
Chicago-klassieker. En en met
sterke contactlijm versmelt ze
'Break Up Somebody's Home'
(Ann Peebles) met 'Miss You'
van The Rolling Stones. Kunt u
zich dat voorstellen? Zelfs
helemaal achteraan het
festivalterrein zijn de mensen
aan het dansen. Hier schrijft
Keeshea Pratt geschiedenis. We
zijn ervan overtuigd dat dit
de aanzet wordt van haar
Europees succesverhaal.
zondag 20
augustus
Swing Wespelaar gaat zijn
derde dag in met landgenoot Shakedown
Tim en die staat synoniem voor
kwalitatieve R&B en swingblues in een
retrojasje. We vinden toetsenman Ilias
Scotch in de huidige bezetting en dat is
duidelijk een meerwaarde. Akkoord, het is
vroeg op de dag. Toch slaagt Tim erin om een
en ander los te maken. Bij het publiek wel
te verstaan. Hoogtepunten zijn het
instrumentale 'Blues After Hours' (Pee Wee
Crayton) – waarmee Tim ons telkens weer van
onze sokken blaast – en het guitige eigen
nummer 'I'm Gonna Drop You Like A Bad
Habit'. Tim beheerst veel bluesstijlen maar
laat in dit nummer horen dat hij ook
probleemloos in rootsrock laveert. Tegen het
einde van de set komt harmonicaspeler Steven
Troch meedoen. Heel even is Fried Bourbon
terug...
Het is drie uur en Alabama
Mike maakt zijn opwachting.
Oorspronkelijk komt de 59-jarige zanger uit
Talladega, AL maar tegenwoordig toogt hij
aan de Amerikaanse westkust. Zijn nieuwe cd
'Stuff I've Been Trough' op het label van de
Little Village Foundation is ronduit
schitterend. Dat komt in hoofdzaak door de
entourage van en met producer-gitarist Kid
Andersen. Alabama Mike is iemand die sterk
afhankelijk is van zijn begeleiders maar
vandaag zorgt de Franse band Soul Shot (rond
drummer Fabrice Bessouat) ervoor dat hij een
quasi vlekkeloos parcours rijdt. Het
repertoire neigt hoofdzakelijk naar
soulblues en daar is gitarist Anthony
Stelmaszak geknipt voor. Meermaals krijgt
hij luid applaus voor zijn solo's. Mike's
stem past bij zijn muziekstijl en hij is een
eerlijk entertainer die een boodschap wil
overbrengen. Af en toe blaast hij een kort
riedeltje op de harmonica maar dát helpt hem
voor geen meter. Harmonica spelen kan hij
helemaal niet maar ondanks dit ene minpuntje
is dit een prima optreden.
Vanuit Canada komt
vervolgens de ijzersterke soul- en
blueszangeres Shakura S'Aida onze
harten veroveren. Maar dat doet ze niet
vooraleer lapsteelgitariste Nicole 'Nikki D'
Brown ons gedurende twee nummers heeft
opgewarmd. Hoe dat expressieve mens opgaat
in de muziek zeg! Ook Shakura is in goede
doen en zet het publiek volledig naar haar
hand. Een funky soulnummer als 'Walk Trough
That Door' gaat er moeiteloos in en ook haar
uptempoversie van Koko Taylors 'I Cried Like
A Baby' krijgt ze makkelijk verkocht. Af en
toe mag gitarist Brooke Blackburn excelleren
en dat leidt er mede toe dat deze show een
totaalspektakel wordt waarin voor elk wat
wils. Shakura heeft een nieuwe cd in de maak
en die verschijnt eerstdaags. Als u van
eigentijdse funky bluesoul houdt, dan durven
wij die sterk aanbevelen.
Verveling is bij veel mensen
typerend voor een zondag maar krijgt hier
vandaag geen schijn van kans. In het
programma van Swing Wespelaar is afwisseling
troef. Met de in Amerika residerende Costa
Ricaan Jose Ramirez krijgen we
alweer iets totaal anders. “Here in the
Delta, I feel the sun in my skin”,
zingt hij en dat zal hier niet anders zijn.
In grote parels gulpt het zweet uit zijn
karakterkop. Echt waar. Maar de brave man
werkt dan ook bijzonder hard om een pompend
optreden neer te zetten. Hij etaleert een
loepzuivere gitaarklank en bewijst dat
moderne blues niet steeds een synoniem voor
loeiharde bluesrock moet zijn. Ook de Franse
band onder leiding van drummer Denis Agenet
kwijt zich – om maar eens een cliché boven
te halen – wonderwel van zijn taak. Ramirez
heeft op Delmark Records een recente cd:
'Major League Blues'. Daarop speelt de
legendarische Chicagobluesman Jimmy Johnson
mee. Het werden zijn laatste opnames
vooraleer hij in januari 2022 op 93-jarige
leeftijd overleed. Jose draagt het
titelnummer van zijn album op aan Jimmy en
dat is een bijzonder mooi moment.
Frankrijk heeft drie
ijzersterke bands die frequent met verve
tourende blues- en soul-iconen begeleiden.
Alle drie hebben ze de drummer als centrale
figuur (Denis Agenet, Pascal Delmas en
Fabrice Bessouat). Altijd prijs, altijd
goed! Ze hebben het weer bewezen dit
weekend. Hetzelfde geldt voor de band rond
de Italiaanse gitaargrootmeester Luca
Giordano. Die is hier vandaag met de
74-jarige soulzanger Leon Beal uit
Boston. Die legt ons uit wat een 'hole in
the wall' is, een plaats waar muzikanten
plezier maken nadat de clubs om twee uur 's
nachts dicht gaan. “Die plekken zien er
soms niet echt uitnodigend uit, maar we
hebben er altijd veel lol”, zegt Leon.
Het is nog maar kwart over acht maar
Wespelaar is vandaag zijn hole in the wall.
De man brengt een sterke soulshow, laat
horen dat hij een schitterende zanger is en
is niet te bekakt om sociaal geladen thema's
aan te snijden. We knippen even een flard
uit zijn bindteksten: “Wij hebben
politici die haat gebruiken als wapen om
ons tegen elkaar op te zetten, maar het is
tijd voor verandering en tijd om ons te
bevrijden...” We hebben uw boodschap
goed begrepen, mister Beal, en we gaan daar
volgend jaar nog eens aan denken...
Tien uur 's avonds. We hebben
nog één band voor de kiezen en wat voor één!
Dat een gratis festival The Fabulous
Thunderbirds op de affiche en op het podium
heeft, is toch wel lovenswaardig! De
presentator legt uit waarom de bezetting van
de T-birds zo vaak is gewijzigd: “Frontman
Kim Wilson wil zich altijd omringen met
jonge muzikanten die open staan voor
nieuwe stijlen.” Nieuwe stijlen?
Hoezo? De Fabulous Thunderbirds zijn een
stijl op zich. Al bijna vijftig jaar is het
hun handelsmerk en hun verdienste om
bluesmuziek naar een breed publiek toe te
vertalen door die in een beklijvend
rock(-'n-roll)jasje te verpakken. Kim (72
ondertussen) en zijn kornuiten geven ons
vanavond het mooiste wat we konden bedenken,
namelijk een bloemlezing uit hun rijke
oeuvre. Alle grote hits komen aan bod: 'My
Baby', 'Wrap It Up', 'Scratch My Back',
'Sugar Coated Love', 'I Think I'm In Love
With You', 'Tuff Enuff', noem maar op. Wat
een feest! In een minutenlange solo zet
Wilson de puntjes op de i voor wie er nog
zou aan twijfelen wie vandaag de meest
imposante harmonicaspeler ter wereld is. En
wat te zeggen over gitarist Johnny Moeller
die sinds kort na een pauze van enkele jaren
weer deel van de band uitmaakt? Wat hij hier
vanavond presteert, is buitenaards en
bovenmenselijk. De gedrevenheid en
trefzekerheid waarmee hij in een
ijzingwekkend tempo het ene hoogstandje na
het andere uit zijn Telecaster pleurt hebben
wij in alle eerlijkheid nog niet zo heel
vaak gezien. En we vinden dat Johnny de
meeste gitaarlicks uit de rijke
T-Birds-erfgoedcatalogus beter speelt dan de
originator ervan. Vindt u dat een straffe
uitspraak? Nou, we menen het in elk geval.
Dit zijn de Thunderbirds op hun best, dit
zijn de Thunderbirds van 35 jaar geleden.
Daarvan laadt een mens na een
uitputtingsslag van drie dagen zijn
batterijen in één ruk weer helemaal op zie!
Met de editie 2023 heeft Swing Wespelaar
andermaal zijn reputatie van beste Belgische
bluesfestival bevestigd. Los van de
uitstekende programmering willen we tot slot
het bestuur en de voltallige
vrijwilligersploeg gelukwensen met de
vlekkeloze organisatie, zowel voor, op als
achter het podium. Tot Swing 2024!
Franky Bruneel
reageer
op dit artikel
terug
naar de index van de concert- en
festivalrecensies
Naast de concert-
en festivalverslagen op deze website is Back To The Roots sinds
1995 het meest complete en veelzijdige tijdschrift
voor blues en verwante
muziekstijlen. Vijf keer per jaar brengen we u
nieuws, achtergrond, interviews, reportages, cd-
en dvd-recensies, boeken, de meest complete
blueskalender, enz... Nog geen abonnee? Klik
hier voor meer info.
|
foto's:
© Franky Bruneel
|