Duvel Blues
Terreinen Jeugdhuis Kabal, Puurs-Sint-Amands - 25 mei 2024

Duvel Blues bestaat sinds 2002. Ondanks de gezellige kleinschaligheid van het festival zijn hier in het verleden al behoorlijke blueskleppers gepasseerd: Rod Piazza & The Mighty Flyers, Charlie Musselwhite, Johnny Winter, Nick Moss & The Flip Tops, Walter 'Wolfman' Washington, Michael Burks en Kenny Neal herinneren we ons nog als ware het gisteren. Deze keer stond er op het programma geen act die in dié divisie speelt, maar op Duvel Blues doet een mens ook al eens een ontdekking en op zich is dat ook een gegronde reden om de terreinen van Jeugdhuis Kabel in Puurs-Sint-Amands een dag te bevolken. Die dag begon druilerig en grijs, maar tegen de tijd dat het festival zou beginnen, trokken de wolken open en beschenen die van hierboven ons met een hemelse spotlight...

Stipt om 14.15 u. mocht de regionale band Barrel Aged Moonshine in de grote tent openen. Nog maar enkele luttele weken geleden hadden we met hen kennisgemaakt tijdens de battle van Blues Zuidrand en ook nu weer charmeerde gitarist Kris Van Bosstraeten ons met lekker gitaarwerk à la T-Bone Walker. Meermaals gedurende het optreden toonde het publiek zijn appreciatie voor Kris middels een eerlijk en welgemeend applaus. Enfin, we vallen hier misschien ietwat met de deur in huis, maar dit is wat ons aan deze band het meeste opvalt. Voorts siert het hen dat ze een niet zo alledaagse bluesstijl beoefenen. Voor hun jazzgetinte swing en ballroomblues in croonerstijl hebben ze met de stem van Ben Pittoors en de drie blazers naast Kris nog wel meer troeven in de hand die van hen een meer dan degelijke amateurband maken. Een mooi momentje was toen 'Automatic' van Lester Butler er bij het publiek in ging als zoetekoek. Niemand ervoer dat als een stijlbreuk met het repertoire waarmee de band ons nu al drie kwartier vermaakte en dat bewijst dat het publiek net zo flexibel bleek als de band. Althans... nu nog.

Vervolgens stond in de kleine tent de Nederlander Ralph de Jongh geprogrammeerd. In 2008 heeft hij hier solo opgetreden, nu met zijn band. Nooit eerder zagen we de Jongh live met zijn band en meteen was hier dé ontdekking! Ralph smeet zich volledig vanaf de eerste noot en na enkele stevige blues- en countrynummers speelde hij – op verzoek van de organisatoren – 'Wild Horses' van de Stones. Je houdt het niet voor mogelijk maar de Jongh stak zijn versie proppensvol bluesgevoel en qua stem liet hij ons horen hoe Mick Jagger zou hebben geklonken indien hij ooit volwassen was geworden. Ralph ontbond al zijn duivels in enkele stevige bluesrocknummers en zelfs die waren adembenemend goed. We hebben het al vaak gezegd en geschreven dat er veel meer dan twaalf bluesrockers in een dozijn gaan, maar dit was andere koek hoor. Ralph de Jongh is het bindmiddel van de band, gitarist Tim Birkenholz speelt virtuoos perfect uitgebalanceerde solo's, bassist Nico Heilijgers is de standvastigheid zelve en drummer Arie Verhaar varieert op alle potten en pannen uit zijn assortiment. We kregen ook een zeer gevoelig nummer, opgedragen aan Harry Muskee (Cuby) met wie Ralph twee jaar toerde. "Ik heb ook heel veel met Elmore James meegespeeld”, zei hij. "Maar in dit geval was het met zijn platen." Wat een geweldig gevarieerde set was dit. Wat een vakmanschap, wat een klasse, wat een inlevingsvermogen! De band kreeg na afloop heel terecht een staande ovatie. Whaw!

Kijk, we gaan er niet omheen draaien. Het optreden van Ralph de Jong heeft ons zodanig diep geraakt dat het fout was om meteen de grote tent in te stappen waar de Ierse Kaz Hawkins reeds aan haar set was begonnen. Haar muziek wam gewoon niet binnen en wij hadden een reset nodig. Na een twintigtal minuten backstage chillen waren we er wél klaar voor. Kaz ziet er ietwat vervaarlijk uit, maar ze is een zachtmoedig mens met een groot hart voor de blues. Met de Franse Cédric Le Goff op toetsen en BluesBone Stef Paglia op gitaar had ook zij in haar band enkele klasbakken. Ook deze keer was de liefde het centrale thema in de show van Hawkins die sinds ze in 2017 de European Blues Challenge won, regelmatig haar opwachting maakt op onze bluespodia.

Met het volgende paragraafje gaan we ons misschien niet zo heel populair maken, maar wij behoren nu eenmaal niet tot de categorie verslaggevers die simpelweg alles fantastisch vinden omdat ze zich ook voor het volgende jaar van een gratis backstagepasje willen verzekeren. Om 17.50 u. speelde singer-songwriter Nathan Bell een eerste set in de kleine tent. Over zijn muziek valt niets negatiefs te zeggen en zijn inspirerende teksten laten horen hoe de man door het leven is getekend. Daarna kwam singer-songwriter Elliot Murphy op het hoofdpodium. Ook hij blaakte van authenticiteit, anderhalf uur lang. Daarna nog eens Nathan Bell in de kleine tent. Hoe leuk Nathan en Elliot ook zijn, ze hebben in de verste verten niets gemeen met blues. Niets. Drie uur zonder blues op een bluesfestival. Dat is verdomd lang. De ontbluesing van sommige bluesfestivals is een fenomeen waar we niet meteen een antwoord op kunnen verzinnen, behalve misschien dat het hier letterlijk de wet van Murphy was. Het was leuk om te zien dat Elliot een 200-tal dolenthousiaste fans op de been had gebracht maar daar bleef het bij. De rest van het publiek, naar schatting drie vierde, genoot buiten op het binnenplein van het zonnetje. Was het publiek dan toch niet zo flexibel? Of zou het misschien, heel misschien, kunnen zijn dat bluesliefhebbers op een bluesfestival bluesmuziek willen horen. Wie zal het zeggen?

20.55 u. In de grote tent traden Tom Rigney & Flambeau uit San Francisco aan en op. Met hen doorkruisten we stilistisch Louisiana en dit nemen we de organisatoren wél in dank af. Cajun en zydeco maken immers integraal deel uit van de bluescultuur en dit gegeven is bij de meeste festivals in de vergeetput gesukkeld. Rigney bracht een wervelende show met een magistrale versie van JJ Cale's 'They Call Me The Breeze' en een prachtige trage cajunuitvoering van 'House Of The Rising Sun'. Meermaals verblufte de schitterende pianiste Caroline Dahl, duidelijk een meerwaarde voor deze band. Het repertoire was echter nagenoeg gelijk aan de vorige twee keren dat ze op Duvel Blues waren, de laatste keer pas twee jaar geleden. Als suggestie willen we meegeven dat nazaten van de families Chenier, Delafose, Carrier, Broussard en Dopsie nog steeds muzikaal actief zijn en dat ontelbare fans van Le Rue al dertig jaar wachten op de wederopstanding van Pierre Le Rue, die ooit de snaren van zijn fiddle verving door ijzerdraad omdat dat meer vonken gaf. We zijn trouwens nog altijd in contact met Pierre, van wie iedereen denkt dat hij van de aardkloot is verdwenen. In het Nederlandse Raamsdonksveer hadden ze destijds een zydecofestival, dus misschien ook even te rade gaan bij onze noorderburen...

De laatste act in de kleine tent was de zangeres-pianiste Eden Brent uit Greenville, Mississippi. In nummer 125 van ons blad kon je nog een interview met haar lezen. Wie aan de hand daarvan zijn verwachtingen hoog had gelegd, had geen enkele reden om zich bekocht te voelen. Eden was in goede doen, varieerde van boogie-woogie naar ingetogen en ernstige bluesnummers met inbegrip van alles daartussenin. Vooral haar linkerhand is fabuleus! Wat een dragende en pompende kracht gaat daarvan uit! Ook haar stemgeluid was krachtig, bij momenten misschien een tikkeltje té enthousiast. Niettemin, Eden liet haar publiek uit haar hand eten en meermaals gaf dat publiek applausgewijs blijk van appreciatie, zeker wanneer Eden een welgemeende ode aan Katie Webster bracht.

23.30 u. was het, toen SaRon Crenshaw uit New Jersey begon aan de set die Duvel Blues 2024 afsloot. De sympathieke zanger-gitarist kon hier in Europa de laatste jaren flink wat naamsbekendheid verwerven dankzij Blind B. & The Visionairs, de band rond de Nederlandse bassist Bart Kamp. De Europese carrière van SaRon startte dus in Nederland. Ooit hebben we bij een concertverslag geschreven dat toen SaRon begon te spelen, er zich meteen een geur van bitterballen verspreidde (dat krijg je wanneer honderden Nederlandse monden openvallen van verbazing). Dat mopje kunnen we niet meer recycleren maar feit is dat SaRon hier op Duvel Blues al het volk dat zich nog buiten bevond naar binnen zoog. Als een magneet. Hij is een intrigerend mannetje met priemende pretoogjes en een gedreven gitaarsound. Zijn blues is een mix van alle invloeden die hij als een spons heeft opgezogen: de Kings van de blues, Buddy, Otis, noem maar op. Crenshaw toonde zich hier als een volleerde entertainer die het allemaal ter plaatse lijkt te verzinnen, een eersteklas publieksmenner en een doortastend bluesman. Geen wonder dat de overgrote meerderheid van het publiek ter plaatse bleef tot de allerlaatste druppel blues eruit was grewrongen.

Aan het einde van dit verslagje hebben we nog één strafpunt over en dat schuiven we door naar de geluidsmensen in de grote tent. Daar was de klank heel schel en steriel. Decibels namen de plaats van warme nuance in en vaak zat de balans totaal fout. Bij het optreden van SaRon Crenshaw zijn we er ons zelfs mee gaan bemoeien omdat Hammondspeler Edwin Risbourg gewoon niet te horen was. Gelukkig gaven ze daar gevolg aan, net voordat Edwin een indrukwekkende solo poneerde. De mix van een band bepaal je nu eenmaal niet op basis van de flikkerende lichtjes op de mengtafel. Daarvoor heb je – normaal gezien – oren aan je kop.

Duvel Blues 2024 zal misschien niet de geschiedenisboeken in gaan als de meest memorabele editie qua programmering, maar de sfeer zat goed, de organisatie was zoals vanouds perfect – dankjewel voor onze parelende Duvel in een authentiek glas – en met Ralph de Jongh als absoluut hoogtepunt hebben we onze ontdekking van het jaar gekregen. Uiteraard stippen we Duvel 2025 met plezier aan in onze agenda.

Franky Bruneel


reageer op dit artikel

terug naar de index van de concert- en festivalrecensies

Naast de concert- en festivalverslagen op deze website is Back To The Roots sinds 1995 het meest complete en veelzijdige tijdschrift voor blues en verwante muziekstijlen. Vijf keer per jaar brengen we u nieuws, achtergrond, interviews, reportages, cd- en dvd-recensies, boeken, de meest complete blueskalender, enz... Nog geen abonnee? Klik hier voor meer info.

    
  
     
foto's:
      ©
Franky Bruneel