Joe Louis Walker
Zaal De Korenbloem,
Zingem - 10 november 2011
Ze hebben
er daar in De Korenbloem stilaan een patent op. Deze keer strikte vzw
Bluesnight de legendarische Joe Louis Walker voor een eenmalig concert
in België. Ruim vierhonderd bluesfanaten waren afgezakt naar het
landelijke Zingem en de zeventig zitjes op het balkon waren dan ook in
een mum van tijd ingenomen.
De
Wase bluesband The Aardvarks mocht het verlengde weekend op gang
trappen. Ze openden met een goedkope versie van Freddie Kings 'Hideaway'.
Hun repertoire is voornamelijk gevuld met coverversies en
bluesstandaards. Om maar te zwijgen van het verkrachte 'Memphis,
Tennessee' (benieuwd wat Chuck Berry hierover zou denken). Het enige wat
je deze band kan nageven, is dat ze proberen om de covers een eigen
identiteit mee te geven. Vocalist Marc Van Laere heeft nochtans een
uitstekend geschoolde band achter zich, maar toch had ik liever 'The
Last Post' aanschouwd op de vooravond van de herdenking van W.O. I.
Tijd voor
een ander kaliber! Joe Louis Walker, de blueslegende uit San Francisco,
behoeft geen introductie meer. In de line-up verving Lenny Bradford
Henry Oden als bassist. In de wandelgangen luidt het dat Oden de band
verliet omwille van Walkers onstuimige gedrag. Achter het drumstel was
de meegereisde Dorian Randolph een prettige verademing. Net als het duo
gitaristen-zangers Amar Sunday en Murali Coryell. Met een repertoire uit
pakweg 24 albums heeft Walker keuze te over voor een heuse setlist.
Hij
opende geheel binnen te verwachtingen met 'Messin' Around With A Fool
Like You'. Toen al werd snel duidelijk dat Joe Louis Walker het vlaggen
had. Licht beschonken grapte en grolde hij met zijn publiek. Amar Sundy
speelde dan maar 'It's Are Family' de hemel in en Murali Coryell
vertolkte met 'I Shared The Room With Jimi', zelfs een waar
gebeurd verhaal. Coryell was pas zes maand jong, toen hij Jimi Hendrix
ontmoette. Zijn pa Larry, de legendarische grote jazzmeester die het ook
maakte in de rockwereld, zou meermaals hebben gejamd met Hendrix.
Het
ontroerendste ogenblik was misschien wel toen Walker ons verklapte dat
de avond voordien een kostbare gitaar was ontvreemd in Parijs. Hij
belichaamde dit voorval perfect in de gospeltrack 'I Don't Sing For
Free'. Met 'Please, Please, Baby', trokken wij richting Chicago en met
afwisselende gitaarsolo's brulde het publiek zowaar door onze
oorbeschermers heen. Op de tonen van 'Sugar Mama' draafde Walker,
gewapend met zijn mondharp, gemoedelijk door de zaal heen, begroette
iedereen en een dronk uiteindelijk nog een glaasje wijn aan de bar. Joe
Louis nodigde nog een nobele onbekend gast op de bühne uit voor een
partijtje mondharmonica en bezorgde de man zo zijn 'moment de gloire'.
Verder noteren wij nog een knappe versie van Junior Wells' 'Little By
Little', waarmee Joe Louis Walker zijn concert afsloot.
Natuurlijk
zou er een bisronde komen en het venijn zat alweer in de staart. Met een
uitgesponnen medley van 'Mannish Boy', 'Hoochie Coochie Man', 'Tail
Dragger' en 'Evil', dropen de seksuele verlangens zo van Walkers
aangezicht. Toen hij meermaals brulde 'do you believe I'm a man?' stak
Walker een vol flesje Jupiler door zijn rits en begon er in vol ornaat
mee te schudden. Tot slot neukte hij zijn statief op het podium en
brulde 'Yes, I'm a man!' Een bomvolle zaal barste zowaar in een clownesk
orgasme uit. Op het randje van het vulgaire, maar wij gaan er hier nu
niet preuts over doen, een rasartiest mag altijd wel wat meer. Wat een
finale, niet ?