|
||
|
vrijdag Laten we al maar dadelijk voor een controverse zorgen, dan hebben we dat al gehad: Los Lonely Boys vielen ons dik tegen. Omdat we ze niet écht kenden, hadden we YouTube op de Boys losgelaten, en wat we daar te zien en te horen kregen, een dikke streep TexMex, kon ons wel bekoren. En… wat we dan uiteindelijk in Ospel op ons bord geschoven kregen was iets helemaal anders, namelijk voor het overgrote deel (kei)harde 'Texican' rock! Nu hebben wij, begrijp ons niet verkeerd, helemaal niets tegen rock, maar wat de Boys deden beantwoordde niet aan wat wij ons daar initieel van hadden voorgesteld. Okay, laten we even proberen zo objectief mogelijk te blijven. Henry Garza (gitaar en stem) heeft duidelijk goed geluisterd naar, en veel geleerd van, Stevie Ray Vaughan, Clapton, Carlos Santana en zelfs, vinden wij, John Mayall. Al die helden in één set, wat zeuren wij dan? Goed, bijna iedereen in de tent vond de Boys fantastisch, behalve zo hier en daar een oude zeur zoals wij.
Ook leuk gevarieerd, maar toch ook weer gans anders, want Brits, de set van Hokie Joint. De sound van Britse bands is, vinden wij, toch redelijk herkenbaar. De muzikale accenten liggen een tikkeltje anders dan bij Amerikaanse bands. Het is moeilijk te omschrijven, maar het is een andere… 'feel'. Okay, de Hokie-set was in orde, soms wat folky, een beetje Stevie Ray, maar toch hoofdzakelijk straight, urban blues, met dus dat Britse sausje. Best wel aanvaardbaar stevig ook bij momenten, maar toch redelijk wat gevoelvolle tragere nummers. En het is natuurlijk altijd wel zo: sommigen vinden Hokie Joint top en anderen vinden dit maar niks. En het is daarom een goede zaak dat smaken blijven verschillen.
En om de ombouwpauzes op het hoofdpodium wat korter te doen lijken voor het (on)geduldige publiek, had de organisatie ook dit jaar weer voor entertainment gezorgd in de kleine tent, ofte het Moulin Blues Café. Blackberry & Mr Boo-Hoo (F) eerst, en Def Americans (NL) namen daar de honneurs waar. Blackberry & Mr Boo-Hoo, gitaar, harp, zang en stomp boxes, doen twee setjes authentieke, stampende, low-down Mississippi countryblues. Best aardig als tussendoortjes en in het juke joint-achtige 'Café' volledig op hun plaats. Def Americans van hun kant brengen een hommage aan 'The Man In Black' Johnny Cash. En ze doen dat verre van slecht, ze doen dat zelfs héél erg goed, zodanig dat je, met ogen toe weliswaar, zou denken dat Cash zelf op het podium was neergedaald. Jean Bervoets zaterdag Speelvreugde was zowat het sleutelwoord van deze Ospelse zaterdag. En wanneer de energie op het podium resulteert in welgemeende appreciatie vanwege het publiek, dan is de score dubbel!
Natuurlijk is het niet allemaal goud wat blinkt. Vroeg op de middag brachten de Nederlandse Vibrotones een nogal rommelige mix van rockabilly en rootsrock, waarin de drummende zanger bijwijlen vocaal redelijk off-key de leuke gitaartwang fnuikte. En diva Janiva Magness - het groene blaadje verwelkt stilaan - had het kwaad om met volle overtuiging wat inlevingsvermogen te acteren. De scheiding met bassist/saxofonist Jeff Turmes heeft duidelijk zijn sporen nagelaten. Janiva liet het leeuwendeel van het werk over aan haar verdienstelijke band, waarin vooral de voortreffelijke gitarist een sterrenrol kreeg toebedeeld. De bombastische intro, met groteske verwijzingen naar La Magness' Blues Music Awards ten spijt, kon niet verhelpen dat we de blues enigszins misten en in ons notitieboekje de term 'bluesy pop' optekenden.
De
headliners dan. Nick Moss & The Flip Tops brachten ruwe
Chicagoblues zoals die anno 2011 klinkt. De jonge hammondspeler bleek
een waardige opvolger voor Piano Willie en Nick toverde statig kunstige
gedreven solo's uit zijn aftandse Gibson. Hij is zijn gewicht in goud
waard, hoe kolossaal hij ook is geworden. Chicago telt nu eenmaal nieuwe
helden. The Fabulous Thunderbirds mochten het festival sluiten en
deden dat waardig. Ze brachten een fijntjes uitgekiende mix van zowel
nieuw als klassiek werk. Uiteraard is frontman Kim Wilson diegene die
voor de authenticiteit zorgt, maar we kunnen niet voorbij de jonge
horde. Gitarist Johnny Moeller schittert gewoon wanneer hij bitsig funkt
in 'Hold Me Baby', maar tegelijk hebben hij en collega-gitarist Mike
Keller zich de klassiekers als 'My Babe' en 'Tuff Enuff' voldoende eigen
gemaakt om er de voor het publiek o zo noodzakelijke
herkenbaarheidsfactor in te verweven. En Wilson zelf heeft na al die
jaren nog geen greintje aan uitstraling ingeboet. Hij leidt zijn band
met strakke hand en een uiterst professionele visie. Ospel 2011 bevestigde qua variatie en aanbod zijn ijzersterke reputatie. Het klankvolume met klemtoon op bas en drums moet je voor lief nemen, maar dit is een bewuste keuze van de organisatoren. Het is natuurlijk dankzij een eigen kijk op het blueslandschap dat Fons & co. hun status van Nederlands grootste bluesfestival blijven handhaven. Franky Bruneel
Big Pete vormt voor een aantal gelegenheden, shows, een duo met Ian Siegal en zij mochten in deze samenstelling op Moulin Blues uiteraard niet ontbreken, zullen de organisatoren hebben gedacht. Ian is niet altijd even stipt en niet altijd even lucide, maar eenmaal op dreef is hij nog nauwelijks af te stoppen. Het was overigens een tijdje geleden dat we hem zonder één of ander gispverband hadden gezien. Pete en Ian, een geslaagde combinatie die met één lange energieke set de temperatuur in het Café serieus deden oplopen. Jean Bervoets
|
foto's: © Franky Bruneel van boven naar onder: - Los Lonely Boys - Kilborn Alley Blues Band - Kenny Neal - Mike Sanchez - Homemade Jamz Band - John Németh - Dave Riley & Bob Corritore - Kim Wilson - sfeerbeeld (foto: Peter Jacobs) ___________________________
|