Wanneer we de snelweg in Veurne verlaten, de rotonde rondzwiebelen en richting
Ieper tuffen, passeren we voorschoten als Pollinkhove, Hoogstade, Gijverinkhove
en Krombeke. We weten niet waarom, maar de Westhoek scherpt ons agrarisch
denkvermogen steeds weer aan. Kijk, de maïs is hier nog niet gedorst en de
bieten zitten nog in de kleigrond! Het zal de laatste maand net zo vochtig zijn
geweest als op deze miezerige avond. Waren we niet op weg naar het
supergezellige Blaubluesfestival, dan zouden we ons vast hebben afgevraagd wat
we hier hadden verloren. Voilà, Roesbrugge, Haringe en eerst nog even snel
doorsteken naar Watou. Als we daar goed en wel zijn ingecheckt bij Barbara van
Het Wethuys, waarmee we uiteraard onze kamer bedoelen, zetten we koers naar zaal
De Levaard.
We
zijn vroeg, want ons buikgevoel – en we hebben er nogal wat – zegt ons
dat het anders te moeilijk wordt om nog een felbegeerd zitje te
bemachtigen. Het woord 'uitverkocht' prijkt naar jaarljkse gewoonte al
dagenlang op de festivalsite. De eerste die we tegen het lijf lopen, is
Tiny Legs Tim (zie BTTR 82).
Hij komt tijdens de ombouwpauzes in de zaal de Brit Alexander John
vervangen in de worstentent. Geen hond die weet waar die Alexander
uithangt, maar dat zal ons, om in de sfeer te blijven, worst wezen. Tim
speelt hier een voortreffelijke thuismatch en zijn drie setjes
autobiografische onemanbandblues in vooroorlogse stijl lokken telkens
een volle tent.
We
treffen hier vanavond nog wel meer straffe Belgen! Doghouse Sam & His
Magnatones (zie BTTR 84) mogen het festival aanzwengelen en... zo
fikkend hebben we nog maar zelden een openingsband gezien! Wouter
verwonderde er zich over dat De Levaard al van bij aanvang vol zat. We
hebben het hem achteraf uitgelegd... dat die voorschootbewoners als een
blok achter hun festival staan. Maar zo laaiend hebben we ze hier nog
nooit gezien. De songs van de nieuwe cd 'Buddha Blue' deden absoluut de
vlam uit de pan slaan. Drie man, een blikken Kellogsdoos en rauwe eigen
songs als 'Love To Spend', 'Roll Up My Sleeves' en ons favorietje 'Ain't
Got Time', meer moet dat niet zijn!
Nog
meer straffe Belgen vinden we in de band van harmonicaspeler Keith
Dunn. Man en paard noemen, vraagt u? Wel, de gitaristische capriolen
van Bart Demulder en Renaud Lesire (die op een gewone gitaar de
basloopjes speelt) zijn overduidelijk een meerwaarde voor Keiths
vertolkingen van klassiekers als 'Don't
Start Me To Talkin'', 'Wish You Would' of 'Mean Old Frisco'. De
harmonicaspeler uit Boston is altijd al sterk afhankelijk geweest van
zijn begeleiders, maar met dit stel bereikt hij zijn top. Het energieke
hoogtepunt van de set is het gedreven 'Pitch The Boogie Woogie', de
aanzet naar wat Dunn zelf 'trance blues' noemt. Hopla, dat zijn al twee
supergeslaagde sets op een rij. Tijd voor een worstje! Hebben wij u
trouwens al eens verteld dat de worsten hier net zo artisanaal zijn als
de muziek? Echt vlees jong! Pur porc! Dat vindt u op geen enkel ander
bluesfestival meer. Daar steken we, bij manier van spreken, onze handen
voor in het vuur!
We
zijn ons ervan bewust, dat als het over Blaublues gaat, we altijd een
beetje lyforisch doen (zo iets tussen lyrisch en euforisch in). Het is
hier dan ook zo verduiveld leuk. Maar... als er iets is dat ons kan
gebieden, dan is het eerlijkheid. En die eerlijkheid gebiedt ons dus om
te signaleren dat de laatste band, die van Shawn Pittman, zo goed
als overbodig is. Pittman speelt heel behendig gitaar, maar hij is geen
beklijvende zanger. Zijn Texasblues slaat jammer genoeg geen gensters en
daar kan zelfs de cowboyhoed van de meesterlijke Turkse bassist Erkan
Özdemir niets aan veranderen. Het is natuurlijk wel een grappig gegeven
dat een Turk – gelukkig mogen we nadat Joëlle Milquet het woord
'allochtoon' heeft verbannen, een Turk gewoon weer een Turk noemen – euh...
een grappig gegeven dus, dat een Turk een cowboyhoed opzet om Texasblues
te spelen...
Veel bluesliefhebbers, de meeste zelfs, zijn naar Haringe gekomen om de
75-jarige Chicagoblueslegende Magic Slim nog eens aan het werk te
zien. We zullen het maar niet over hooggespannen verwachtingen hebben.
Iedereen is allang blij dat de reus hier is, nadat hij amper een week
geleden nog met ademhalingsproblemen in een Parijse 'intensive care' lag
en een optreden in de Banana Peel en op Rosblues moest annuleren.
Verwachtingen zijn er niet, zeker niet wanneer een schriel ventje de
enorme kolos het podium op hijst, hem bij de hand neemt tot hij op een
fragiel uitziend keukenstoeltje neerploft (dat het gelukkig niet
begeeft) en hem een gitaar omgordt. De begeleidingsband, The
Teardrops, speelt onder leiding van gitarist Jon McDonald een
retestrakke intro ter
wijl
Slim twijfelachtig zijn snaren streelt en op zoek is naar een stem om
mee te zingen. Even vrezen we voor het ergste, maar de maïs- en
bietenlucht in voorschootland heeft de legendarische bluesman duidelijk
goed gedaan. Slim schraapt al zijn energie samen en speelt strijdvaardig
het uurtje vol. Er is een warme appreciatie en een diep respect vanwege
het publiek. “Hij is geboren in Grenada, Mississippi. Zijn huis staat in
Nebraska maar zijn hart is in Chicago” scandeerde de drummer daarpas in
de aankondiging. Dit is de 'bad boy himself'. Magic Slim is één van de
laatste legendarische bluesmannen, zijn blues heeft nog niets aan
authenticiteit ingeboet en in 'Bring Your Fine Self Home' puurt Slim
heel even de kracht van pakweg tien jaar geleden uit zijn vege lijf. Dit
is het meest eerbiedwaardige moment van de avond. Even daarna schuifelt
de kolos, alweer ondersteund door dat schriele ventje, het podium af.
Hij draait zich nog één keer om en wuift naar het ontroerde publiek. De
uitdrukking op zijn getaande gezicht spreekt boekdelen. Hij wuift ons
niet 'tot ziens' maar 'vaarwel'...
Het
zijn precies die uitgesproken emoties, zo typisch voor en eigen aan
bluesmuziek, die de ietwat vlakke set van Shawn Pittman tot de
overbodigheid hebben veroordeeld. Maar hey! Hey!! Blaublues was toch wel
weer angstaanjagend goed zeker?! Kom, we gaan deze geslaagde editie met
een frisse Watou Tripel doorspoelen!
Franky
Bruneel
reageer op dit artikel
terug naar de index van de concert-
en festivalrecensies