De
laatste zaterdag van mei is het voor de bluesliefhebbers traditioneel
verzamelen geblazen in het ‘Hof van Coolhem’, Puurs, voor Duvel Blues,
een kleiner, maar o zo gezellig festival in de achtertuin, zeg maar, van
brouwerij Moortgat, de hoofdsponsor van het gebeuren. Het is niet echt
zomerweer die zaterdag, maar het is droog, niet overdreven koud, en
jawel af en toe doet de zon een poging om even te komen piepen. Best
leuk festivalweer dus. En, en… believe it or not, jongens en meisjes,
dit jaar zijn we zonder de minste problemen ter plekke geraakt, wat we
van onszelf een hele prestatie vonden en nog altijd vinden.
Okay,
de situatie is zo een heel klein beetje geschetst, dan kunnen we ons nu
op de groepen werpen. En dat we dit jaar per se naar Duvel Blues wilden
was het gegeven dat Trampled Under Foot stond geprogrammeerd, de
band die ons vorig jaar op Moulin Blues (Ospel) geweldig had geïmponeerd
met hun ietwat eigenzinnige, moderne benadering van de blues. Maar, en
het is een beetje met spijt in het hart dat we het moeten zeggen, het…
wowgevoel dat we vorig jaar in Ospel mochten ervaren, is er in Puurs…
niet, of toch niet in die alles overheersende mate. Hoe fel Danielle (op
hemelhoge hakken), Kris en Nick Schnebelen ook hun best doen, de vonk
die op Moulin Blues de tent nog in lichtelaaie zette, is er, spijtig
genoeg, niet in Puurs.
Wél genieten
is het met The Guitar Collection, vijf ervaren klassemuzikanten
(Chris Peeters, Bill Roseman, Marty Townsend, Ivo Opdebeeck en Bart Buls,
de vervanger van Bert Embrechts) die hun sporen hebben verdiend in
diverse andere bands. De heren brengen een gevarieerde set van allerlei,
eerder lichtvoetige, bluesklassiekers, soul en fifties- en sixties rock.
En ja, dat het niet altijd kommer en kwel moet zijn komt The Guitar
Collection ten overvloede bewijzen op het Duvelblues podium. Geweldige
band, geweldige show.
Ook
een geweldige ‘show’ krijgen we aangeboden door Eric ‘Guitar’ Davis &
Luca Giordano Bluesband. En als we zeggen ‘show’ dan bedoelen we dat
ook zo. Zanger-gitarist Eric (uit Chicago en zoon van drummer Bobby
Davis) lardeert zijn blues met een stevige portie funk, ‘hot’ soul en
rock, daarbij flink geholpen door ‘brother in crime’ Luca Giordano en
diens bluesband. Zou dit de nieuwe Chicagoblues zijn? Eric is een
emotioneel artiest die de interactie met zijn publiek niet schuwt.
Getuige daarvan is zijn door het publiek hogelijk gewaardeerde ‘stroll’
door de tent. Luid en langdurig applaus voor Eric ‘Guitar’ Davis en,
volgens ons, volkomen terecht.
En
wat een verrassing viel ons ten deel tijdens het afsluitende concert van
Otis Taylor! Kennen wij die meesterlijke gitarist niet ergens
van? O natuurlijk wel, lieve vrienden, Otis Taylor is in zijn
eigenzinnige, wereldse benadering van de blues ook wel meesterlijk, maar
wij bedoelen die andere. Die schriele, studentikoos ogende bleekneus die
elk 'gat' vult met adequate, trefzekere en perfect afgemeten
vingervlugheid. Zie je wel, we wisten het! Nu Otis hem breeduit
introduceert, is ons aan zekerheid grenzend vermoeden bevestigd. Shawn
Starsky heet hij. En in een vorig leven was hij de gitarist van
harmonicaduivel Jason Ricci. Wat een plezant weerzien is dit!
Eerder op de
dag, om tien over drie om precies te zijn, had de Twelve Bar Blues
Band, uit Nederland, de eer gekregen om Duvel Blues te openen. Wat
de heren van Twelve Bar Blues Band doen, zouden we durven omschrijven
als… Hollandse lefgozerblues. Niet slecht gedaan, helemaal niet, maar
een beetje schreeuwerig en te routineus om het publiek te overtuigen.
Ook hebben we de indruk dat de klank nog niet helemaal op punt staat.
Goede poging van de Twelve Bar Blues Band, maar niet exceptioneel en dat
vertaalt zich ook naar de eerder lauwe reacties van het publiek.
Jean
Bervoets
Tiendenschuur
De
gerestaureerde Tiendenschuur lijkt stilaan op weg om zich te
transformeren in de legendarische grot van de piraat Ali Baba maar dan
met muzikale schatten, want elk jaar opnieuw openbaart zich daar een
verrassingsconcert. Dit jaar was het niet Leon Blue maar troubadour Eric
Bibb die voor de verrassing zorgde, want de Canadees Michael Jerome
Brown schoof onverwachts zijn stoel naast Eric Bibb, zoon van de grote
Leon Bibb, die aan de wieg stond van de folkblues. Het solo-optreden van
Bibb werd bijgevolg een verbroederend concert waarbij Eric Bibb
converseerde, zong en gitaar speelde en Brown met gitaren of viool
begeleidde. Na afloop kon je de opmerking ‘beste concert ooit in de
Tiendenschuur’ her en der opvangen, maar de staande ovatie na afloop was
unaniem.
Vóór
en na het duo-concert speelde de Canadees Michael Jerome Brown
zijn soloset. Op zijn vijf albums wordt hij telkens door meerdere
instrumentalisten begeleid maar ook solo kan Brown meerdere speeluren
schragen. In 2008 ontving hij immers nog de ‘Canadian Folk Music Award’
als ‘Solo Artist of the Year’. Behalve het traditionele materiaal, -‘Walking
Blues’-, speelde hij ook eigen songs, de meesten geschreven door zijn
vrouw Bee Marcus, waarin vaak de ongelijkheid wordt aangeklaagd. Vooral
het aangrijpende ‘Sing Low’, dat het lot van Afghaanse vrouwen bezingt,
was een beklijvend hoogtepunt. Gitaren, viool, de met dierenhuid
bespannen banjo en vooral de 12-snarige gitaar zorgden voor emotionele
stemmingswisselingen. Naast een blijmoedige Eric Bibb maakte Michael
Jerome, die tegen het leven lijkt aan te kijken als een ‘Beautiful
Mess’, eerder een ernstige indruk. Songs als ‘Death Don’t Have No Mercy’,
‘Graveyard Blues’ of het verzoeknummer ‘Pouring Water On A Drowning Man’
hebben immers een droefgeestige ondertoon, wat niet belette dat hij met
zijn viool ook vrolijke deuntjes speelde.
Folk-
en bluesman Eric Bibb, die zichzelf liefst als een troubadour
profileert, strooide daarentegen met spirituals en gospels de
vreugdevonken rond als rijstkorrels bij een huwelijk. Het mooie ‘I Heard
The Angels Singing’ van Rev. Gary Davis, het belijdende ‘With My Maker I
Am One’ of zijn motto ‘Don’t Ever Let Nobody Drag Your Spirit Down’
stegen zowel opgewekt als stemmig op naar het schuurgebinte en
bekrachtigde de levensvreugde en het gemeenschapsgevoel. Zijn recente
reis naar Mali bezong hij in het kleurige ‘My Way To Bamako’. Michael
begeleidde hem ingetogen met een luisterend oor. Vooral het intieme
‘Connected’ dat Bibb tien jaar geleden al met zijn vriend Brown zong,
leek illustratief voor het groeiend samenhorigheidsgevoel dat ook de
luisteraars met elkaar verbond. De organisatie van Duvel Blues slaagde
er wederom in om in de Tiendenschuur een uniek evenement te laten
plaatsvinden. De staande ovatie was dus ook deels voor hen.
Mieke
Geukens
reageer op dit artikel
terug naar de index van de concert-
en festivalrecensies