Duvel Blues Festival
Kaardijkstraat, Ruisbroek-Puurs - 28 mei 2022

Duvel Blues opende het festivalseizoen gewoontegetrouw in een evenement met een hartelijke omvang, een gezellige setting met tafels en parasols, een tent waarin men zich niet hoeft te haasten en de aangrenzende zaal voor intieme concerten. Dit keer werd ook de temperatuur enorm gewaardeerd. Vanwege het nachtelijke weer was het niet te heet. En het festival presenteerde een gediversifieerde internationale affiche. De zogenaamde 'rockin' blues-gitaristen' stijgen nu eenmaal niet naar mijn hoofd, maar voor dit programma kon ik wel een frisse luisterbereidheid opbrengen...

Juzzie Smith. Deze akoestische gitarist-zanger distilleert een aangename folkblues, doorspekt met percussie met belletjes en schelpjes. Twee voorstellingen in de zaal lijken mij haast een misbruik van zijn kunst...

Meena Cryle & The Chris Fillmore Band. De Oostenrijkse zangeres, genuanceerd en melodieus, zou een persoonlijker repertoire moeten brengen en beter gekozen covers dan de vocale 'grand écart' tussen 'Tee Na Nu' (Slim Harpo) en Etta James' 'I'd Rather Go Blind'. En wat te vertellen over de gitarist? Wel, ik zal het symboliseren door het aantal pedalen (zeker meer dan tien, zonder de meervoudige inputs). Jammer, want als gasten in de slotsong van de klasse-akoestieker Hans Theessink toonden zij terughoudendheid en een echt gevoel voor de blues. De veteraan met een enorme countrybluesachtergrond wist zijn publiek te veroveren met zijn warme stem en de juiste 'zingende' tonen van zijn twee gitaren. Eén daarvan was een twaalfsnarige en dus perfect voor het werk van Big Bill Broonzy. Zijn delicate bottleneckwerk maakte de charme compleet. Naast eigen werk, speelde Hans ook covers, maar die maakte hij zich volstrekt eigen, zoals 'Walking The Dog' van Rufus Thomas.

Americana bij uitstek kregen we van Tom Rigney & Flambeau. Zij waren de enige artiesten die een toegift kregen. Het publiek dat ze met verve hadden veroverd, liet hen niet meer los. Rigney toonde zich als zanger-violist een dynamische leider. En met boogiepianiste Caroline Dahl reeg de band uit San Fransisco een reeks nummers met cajun-, Ierse en New Orleans-klanken aan elkaar. Een juweeltje was een instrumentale cover van 'House Of The Rising Sun', ingeleid door de viool in Jiddische modus. Voorafgaand aan deze set was er een muzikaal eerbetoon (inclusief washboard) aan de onlangs overleden Tiny Legs Tim.

Guy Davis dan. Is het zijn academische kant? Zijn Piedmontese volksstijl? Hoewel hij trofeeën heeft gewonnen met zijn akoestische cd's (gitaar/harmonica) en theatervoorstellingen, gewijd aan Robert Johnson en Sonny Terry, klinken zijn concerten, zelfs intieme, academisch en raken ze me niet erg. Het volstaat niet om de klassieker 'Two Trains Running' met een schorre stem te benaderen om het authentiek te laten klinken. Ik durf zeggen dat Hans Theessink mij meer heeft ontroerd...

Tot slot het Nico Wayne Toussaint Quintet. Als hij niet in Zuid-Amerika optreedt, is Nico altijd 'on the road' in Frankrijk en Navarra. Deze ultra-dynamische zanger-harmonicaspeler is de enige Franse die zich heeft verdiept in de boogie- en Alligator-periode van James Cotton, aan wie hij een zeer succesvolle plaat heeft opgedragen. Nico heeft een strakke band met keyboards bij. Zijn breaks zijn precies en klokvast, zijn interventies zijn oogverblindend en zijn punch werkt zonder franjes of slordigheid. Een mooie finale voor dit festival op mensenmaat.

André Hobus
(vertaling: Franky Bruneel)


reageer op dit artikel

terug naar de index van de concert- en festivalrecensies

Naast de concert- en festivalverslagen op deze website is Back To The Roots sinds 1995 het meest complete en veelzijdige tijdschrift voor blues en verwante muziekstijlen. Vijf keer per jaar brengen we u nieuws, achtergrond, interviews, reportages, cd- en dvd-recensies, boeken, de meest complete blueskalender, enz... Nog geen abonnee? Klik hier voor meer info.

    
      foto's:
      ©
Philip Verhaege