|
||
|
Een artikel
heeft een goede inleiding van enkele
lijntjes nodig. Enfin, dat hebben ze ons
toch altijd verteld. En die inleiding
zou moeten dienen om de potentiële lezer
goesting te doen krijgen om verder te
lezen. Een klassieke inleiding bevat
dikwijls een aantal w'tjes – wie, wat,
waar, wanneer – waarmee eigenlijk
onmiddellijk het inhoudelijke wordt
aangesneden. Wel, dat gaan wij nu eens
niét doen zie. Want we willen je
vooraleer het te hebben over het Chicago
Blues Festival 2023 iets belangrijks
diets maken. Iets dat jouw kijk op de
zaak compleet kan veranderen maar
eigenlijk niet thuishoort in de
inleiding. Okay, okay. Vanaf het
volgende paragraafje, onmiddellijk na
deze pseudo-inleiding, gaan we normaal
doen. Beloofd.
Soms roezemoest het in
bluesland over het doen en laten van
muzikanten, organisatoren en/of
boekingsagenten. Voorafgaand aan deze
jaarlijkse tweedaagse in de Banana Peel
was dat ook zo. "'t Is weer van dat",
zeiden ze. "Ze noemen dat Chicago
Blues Festival maar geen enkele van die
artiesten komt uit Chicago. Marquise
Knox komt uit Saint Louis, Dexter Allen
is van Mississippi en Lady A woont in
Seattle." "Ja", antwoordde
iemand. "En er is al eens een jaar
geweest dat ze allemaal uit Houston,
Texas kwamen." En zoals dat dan gaat
in zo'n conversaties is er gewoonlijk, ook
nu weer, een derde die denkt dat hij het
allemaal beter weet. "Ge moogt dat die
mensen van de Banana Peel niet
aanwrijven hé", kraait die. "Dat
is die Franse boekingsagent die geen
flauw benul heeft van dat soort dingen"...
Je kunt je een dergelijk gesprek wellicht
zo voor de geest halen. Misschien heb je
ook wel zoiets gehoord. Of heb je er zelf
duchtig aan meegedaan, wie zal het zeggen?
Laat ons eerst iets ophelderen, vooraleer
we het zullen hebben over de editie 2023.
Een prachtige editie trouwens... In Duitsland hadden de
promotors Horst Lippmann en Fritz Rau een
idee van jazzproducer en journalist
Joachim-Ernst Berendt uitgewerkt, namelijk
om toonaangevende Afro-Amerikaanse
bluesmuzikanten voor te stellen aan een
Europees publiek. We schrijven 1962. Met
de hulp van Willie Dixon creëerden ze een
muziekfestival dat door Europa toerde als
een jaarlijks evenement. Ze gaven het de
naam 'American Folk Blues Festival'. In
Frankrijk zag Jean-Marie Monestier,
eigenaar van het label Black & Blue,
dat deze formule nogal gezwind marcheerde.
Hij besloot een soortgelijk initiatief op
het getouw te zetten en doopte het
'Chicago Blues Festival'. In 1969 toerde
de eerste editie ruim anderhalve maand
door Europa. In de jaren '70 kreeg
Monestier assistentie van boeker Didier
Tricard (Jazz Me Blue Concerts). Van 1977
tot 2013 had Tricard de volledige
verantwoordelijkheid over het rondreizende
CBF. Daarna nam zoon Guillaume Tricard de
fakkel over en hij houdt tot op vandaag,
en hopelijk nog lang, de traditie in ere.
Maar – en nu komt het – die allereerste
editie in 1969 bestond uit John Lee
Hooker, begeleid door Lowell Fulson en
zijn band. Hooker kwam oorspronkelijk uit
Mississippi maar werkte toen al over de
hele wereld. In de jaren '60 nam hij op
voor het label Vee-Jay in Chicago en hij
speelde er ook in de clubs (o.a.
Silvio's). Lowell Fulson kwam uit Oklahoma
maar ging in 1969 in zee met Chess Records
in Chicago en ook hij speelde er in de
clubs (o.a. Pepper's, Silvio's en Alice's
Revisited). Hooker en Fulson waren dus
niet van Chicago maar maakten er op een
gegeven moment wel deel uit van de scene.
Fast forward nu, van de eerste naar de
53ste editie van het rondtrekkende
'Franse' Chicago Blues Festival. Ook
Dexter Allen, Lady A en Marquise Knox zijn
graag geziene gasten in Chicago, dat nog
steeds het epicentrum van de blues is. Wat
vraag je? Of wij dat hebben van horen
zeggen? Niks van! In 2015 waren wij met
Back To The Roots de eersten om Dexter
Allen naar Europa te halen. Waar denk je
dat wij hem het jaar voordien hadden
ontdekt? Lady A was daar toen ook.
Marquise Knox zagen we in 2019 op het
grote festival in de Windy City. Zo zie je
maar, dat er voor veel dingen een
verklaring is en als je een klein beetje
research doet, verkleint de kans dat je
ongefundeerd op die dingen gaat kakken. Normaal gezien
vinden de concerten in Banana Peel
steevast plaats op maandag. Het Chicago
Blues Festival levert de Ruiseleedse
bluesclub altijd twee dagen een
uitverkochte keet op. Wij waren er dus op
dag twee. De 65-jarige Lady A mocht
aftrappen. Dat deed ze met een bloemlezing
aan gerechten uit de soulfoodkeuken:
collard greens (onze favoriete groente
trouwens), cornbread, chitterlings en nog
meer van dat lekkers. "I'm A
Mississippi Woman", zong ze, wat
haar liefde voor die zuiderlijke spijzen
verklaart. Daarna bracht ze haar versie
van 'Death Letter Blues' (Son House,
1933). De stem van Lady A (of Anita White,
zoals het op haar paspoort staat) heeft
misschien dat tikkeltje meer kramakkele
granule dan wat je wil horen, maar aan
authenticiteit en publieksmennende
vaardigheden ontbrak het haar geenszins.
Ook viel ons meteen de vakkennis en
blueskennis van de jonge gitarist Matthew
Lesch op, de enige bleekneuzige knaap in
het gezelschap die ons visueel aan een
jonger broertje van Chris Gill deed
denken. Na deze twee nummers was het al de
beurt aan Dexter Allen (53) en die
schakelde zonder verpinken enkele
versnellingen hoger met zijn funky
signature song 'I'm Tired'. Zijn
gitaarsound is herkenbaar uit de duizend.
We kennen maar weinig gitaristen die
perfect een snelle staccato neerzetten
terwijl ze de klank verhogen door hun
snaren te buigen. Daarna wil hij het
publiek laten horen wat hij vroeger op
zijn backporch in Mississippi speelde. Hij
zette een trage in en wrong zich in
duizelingwekkende vingerzettingen die we
nauwelijks voor mogelijk achtten. Pure
Mississippiaanse plattelandsblues werd ons
deel. Althans, dat dachten we. Zo klonk
het. Groot was echter de verrassing toen
hij begon te zingen en de tekst van 'Too
Many Drivers' (Big Bill Broonzy, 1939)
wondermooi met de muziek vervlocht. Het
publieksvuur laaide op en de sfeer kolkte
tegen het kookpunt aan, maar ook Dexter
moest na twee nummers plaats ruimen. De
hoofdvogel van het CBF 2023, de 32-jarige
Marquise Knox kreeg dubbele speeltijd
toegemeten en zette in met enkele
soulbluesnummers. Zijn gitaarspel en zang
klonken guitig en vloeiend maar hij moest
verdorie hard werken om na Dexter Allen
bij het publiek dezelfde geestdrift los te
weken. "I quit my job before I got
fired", zong hij. En dat was zijn
manier om ons te vertellen dat het tijd
was voor een korte pauze, maar niet
vooraleer hij samen met Matthew Lesch back
to basics ging en met 'Mojo Hand' liet
horen hoe de jonge Muddy Waters klonk op
de Stovall Plantage in Clarksdale,
Mississippi. Knap! De tweede set
verliep volgens hetzelfde patroon. Lady A
bracht het funky 'I'm Doin' Fine' en kon
rekenen op een deugddoende
publieksparticipatie. Daarna bracht ze een
innemende versie van Sam Cooke's immer
actuele 'A Change Is Gonna Come'. Dan was
het weer aan Dexter Allen. Hij shuffelde
in zijn onmiskenbare stijl en weerom was
hij verbazingwekkend. Als Dexter soleert,
weet enkel hij waar het naartoe gaat. We
vielen van de ene verassing in de andere,
zonder de pedalen te verliezen weliswaar
want Dexter is een uiterst betrouwbare
gids. Maar brak hij daar toch geen snaar
zeker! Voor een stuntelige snaarwissel
ontbrak de tijd, dus zette Dexter zijn
instrument opzij. "It's bluestime!",
scandeerde hij, waarop hij zich in een
ballade ten voeten uit kon concentreren op
zijn zang, met eersteklas vibrato tot
gevolg. Wat is die man een volleerde en
uitgekookte allrounder! Dan weer Marquise
Knox. Die begon solo in alle eenvoud,
leverde weer een sterk staaltje Muddy
Waters af en bracht een stuwende, pompende
versie van 'Dust My Broom' (Robert
Johnson, 1936) in de pure Chicagostijl van
Elmore James. Hij toverde plots een
harmonica uit zijn broekzak en kon ook
hiermee behoorlijk uit de voeten.
Vervolgens trok hij al zingend het publiek
in. Zonder microfoon declameerde hij "I'm
a good man, a poor man, a blues man, do
you understand?" en hij nestelde
zich aan de toog. Het publiek kirde van
jolijt en zong duchtig met hem mee. Met
een Duvel in de hand stapte hij weer het
podium op en van zodra hij de microfoon
beet had, maakte hij een belangrijk
statement: "Duvel is from the devil,
but when you drink it, you see God!"
Deze geweldige avond schurkte tegen het
einde aan, maar de grote finale moesten we
nog krijgen. Alle artiesten bestegen samen
het podium voor een lang uitgesponnen
toegift die begon als 'Rock Me Baby' van
Lil' Son Jackson uit 1951 maar door B.B.
King naar de bekendheid gespeeld in 1964.
Met een ongewijzigd muzikaal patroon
vloeide dit naadloos over in 'Baby What Do
You Want Me To Do' (Jimmy Reed, 1959) en
'Down Home Blues' (in de versie van ZZ
Hill). Daarna sloegen Lady A, Dexter Allen
en Marquise Knox aan het improviseren. Dat
deed ons denken aan de vele optredens die
we in Chicago al hebben meegemaakt in
Buddy Guy's Legends. Als Buddy er aanwezig
is, de band goed vindt en voldoende
cognacs in zijn krop heeft, hijst hij zich
naar het einde van de avond het podium op.
Dan zingt hij enkele coupletten en
improviseert hij de meest schunnige verzen
die je je maar kunt voorstellen, tot groot
vermaak van het publiek. Dat was hier niet
anders. Lady A en Dexter Allen
improviseerden kunstig maar braaf.
Marquise Knox – die ondanks zijn jeugdige
leeftijd de maturiteit van een
doorgewinterde oude bluesrat bezit – trok
hier zonder twijfel de floche met een
couplet dat niets maar dan ook niets aan
de verbeelding overliet: She told me
she was a virgin Klokslag 23 uur.
Het doek viel over een memorabele editie
van het Chicago Blues Festival, een
zoveelste succesverhaal dat kan worden
geboekstaafd in de annalen van de Banana
Peel. Dat is toch juist gespeld hé,
annalen, met twee n'en in het midden? Op 4
december speelt Sister Suzie hier. Aan die
guitige kleine Britse opdonder hebben we
op Hookrock veel plezier beleefd. We
hebben het alvast met stip aangeduid in
onze agenda...
Franky Bruneel terug naar de index van de concert- en festivalrecensies Naast de concert- en festivalverslagen op deze website is Back To The Roots sinds 1995 het meest complete en veelzijdige tijdschrift voor blues en verwante muziekstijlen. Vijf keer per jaar brengen we u nieuws, achtergrond, interviews, reportages, cd- en dvd-recensies, boeken, de meest complete blueskalender, enz... Nog geen abonnee? Klik hier voor meer info.
|
foto's: © Franky Bruneel
|